De tijdlijn van de Lage Landen is een chronologische lijst van feiten en gebeurtenissen betreffende de Lage Landen, een gebied dat ongeveer de laagvlakte in Nederland, België en sommige aangrenzende streken beslaat, gelegen rond de grote rivieren van Noordwest-Europa die in de Noordzee en het Nauw van Calais uitmonden. Daarin vormden zich variërende eenheden onder respectievelijk Keltisch-Germaanse, en Romeinse invloeden. Vervolgens evolueerden zij onder impuls van de kerstening mee in grotere imperiums met een toenemend feodale structuur. De opkomst van de steden zorgde voor toename in rijkdom, maar ook verschuiving van de macht en versplintering. Pogingen tot centralisatie wisselden af met tendensen tot autonomie.
Klik op een jaartal hieronder om het scrollen te beperken
18 december - Vrede van Doornik: Frans Ackerman, samen met Pieter van den Bossche, aan het hoofd van de Gentse troepen na de dood van Artevelde, is afgevaardigde bij de onderhandelingen. De eerste grote Gentse opstand eindigt onbeslist door dit verdrag met de nieuwe graaf Filips de Stoute. De privileges blijven hierdoor evenwel gehandhaafd, en er geldt zelfs amnestie voor elke vorm van verzet, maar de stad moet alsnog haar verbond met Engeland opgeven nu het verzoek aan de Engelse koning om een ruwaert van koninklijken bloede zo goed als afgewimpeld is, en de koning van Frankrijk als zodanig erkennen. Gent aanvaardt de hertog van Bourgondië als graaf.
Een bestuursraad samengesteld uit de drie standen, clerus, adel en burgerij, wordt in Brabant en Henegouwen in het leven geroepen door de hertog van Bourgondië. Er wordt zelfs nog een vertegenwoordiging van de vierde stand, die van de boeren, aan toegevoegd, met de bedoeling de macht van de steden enigszins in te perken. Maar de onderliggende teneur van politiek bewustzijn blijkt ook daar uiteindelijk niet te stuiten. Leuven, Brussel, Mechelen, Maastricht en Antwerpen vooral, maar ook de kleinere steden: 's Hertogenbosch, Tienen en Leeuw, laten er zich vanaf het einde van de 13e eeuw gelden.
Filips de Stoute benoemt voor het dagelijks bestuur over zijn gebieden een kanselier, Jean Canard (ca. 1350-1407). Zelf verblijft de hertog vooral in Parijs voor het regentschap over Frankrijk.
1386
Juli - Hoewel De Fransen in de Brugse voorhaven Sluis een invasiemacht aan het samenstellen zijn en er in Engeland grote ongerustheid is over een ophanden zijnde wraaktocht op eigen bodem, vertrekt Jan van Gent met een expeditieleger naar Castilië om daar de kroon op te eisen.
Maart - De Engelse Earl of Arundel, de gehate voogd van Richard II, kaapt een Vlaamse wijnvloot bij Cadzand, die op weg was van La Rochelle naar Sluis. De wijn wordt voor een habbekrats op de Londense markt verkocht. Dit maakt de Earl -tijdelijk- een populair man.
31 juli - Slag bij Niftrik. Poging van hertogin Johanna van Brabant, samen met huurlingen uit Vlaanderen en Bourgondië, om na het mislukte beleg van Grave de stad Nijmegen te veroveren. Hertog Willem I van Gelre weet het 10.000 man grote invasieleger met slechts 300 ruiters en 400 bewapende burgers, op de oevers van de Maas te verslaan.
18 juni - Engeland en Frankrijk sluiten een wapenstilstand in Leulinghen bij Calais. Zowel Richard II, Karel VI als Filips van Bourgondië willen vrede, maar in Engeland zien sommigen daar niets in omdat de plundertochten in Frankrijk jarenlang uitstekende gelegenheid tot verrijking en promotie geboden hebben.
Aleid van Poelgeest, de minnares van Albrecht van Beieren, en Willem Cuser worden tijdens een wandeling bij de Gevangenpoort vermoord door Hoeken. Als wraak laat Albrecht kastelen van edelen die partij hadden gekozen voor de Hoeken veroveren en afbreken. Albrecht vermoedt de hand van zijn zoon Willem die hij laat verbannen. Twee jaar later verzoenen vader en zoon zich.
1396
25 september - Tijdens de “Kruistocht van Nikópolis”, tegen de Osmaanse Turken die het koninkrijk Hongarije bedreigen, wordt Jan zonder Vrees, de troonopvolger van Bourgondië, ontvoerd. Zijn vader Filips de Stoute moet veel losgeld betalen. Tot de gevangengenomen ridders behoort onder anderen Enguerand VII van Coucy.
Het waddeneilandAmeland komt aan de graaf van Holland. Het zal later (15e eeuw) ressorteren onder de heerlijkheden van de heren Cammingha te Leeuwarden.
1398
Tweede tocht van graaf Albrecht van Holland, die resulteert in de Vrede van Bolsward (1401). Geheel Friesland wordt onderworpen aan het grafelijk gezag. Na een opstand in 1399 is echter slechts nog Stavoren in Hollandse handen.
1400
In de 15e eeuw begint de stad Antwerpen zich bliksemsnel te ontwikkelen tot een van Europa's grootste handelssteden. Hand in hand met de toenemende welvaart kent Antwerpen een ongekende culturele bloei.
In de historie van de klassieke muziek duidt de Renaissancemuziek een periode aan die globaal aanvangt in dit jaar, en de benaming wordt tot 1600 gebezigd.
In het begin van de 15e eeuw worden zogenaamde 'blokboeken' gemaakt. Tekst en afbeeldingen worden in hout uitgesneden, waarna ze handmatig kunnen worden afgedrukt.
Het haring kaken vindt ingang in de Nederlanden en die techniek, in combinatie met een nieuw scheepstype, de haringbuis, zorgt ervoor dat vissers langer weg kunnen blijven en verder uit de kust kunnen vissen. De haringvangst gaat een grote economische rol spelen.
Rond 1400 is er sprake van ketterse duivelsverering en van abortus (middels kruidendrank) door heksen en het vermoorden van baby's om magische dranken te maken. De bekentenissen worden door marteling verkregen. Vanuit het volk kwam tussen 1375 en 1580 bijna nooit een aanklacht over duivelsverering, het volk klaagde desgevallend alleen over maleficiën.
De Staten van Brabant moeten aanvaarden dat Filips' tweede zoon Anton van Bourgondië als opvolger van Johanna van Brabant wordt aangesteld. Ze stemmen hierin toe op voorwaarde dat Antwerpen en Mechelen weer bij Brabant worden gevoegd.
29 juni - Diverse legers onder leiding van de graaf van Holland komen de stad Gorinchem belegeren. Graaf Albrecht en zijn zoon slaan hun kamp op ten noorden van de stad, en er arriveren overal legers vandaan, zoals uit het Heilige Roomse Rijk, Utrecht, Zeeland, Henegouwen en Gelre.
Het Beleg van Gorinchem tussen de graaf van Holland en de heer van Arkel zal 11 tot 12 weken duren.
De schaalvergroting in de periode van consolidatie van de territoriale staten tussen de 14e en de 16e eeuw wordt ook gekenmerkt door drastische veranderingen in de economische structuur, die in de Lage Landen gepaard gaan met een stijgende levensstandaard.
De stad Brugge organiseert haar positie tussen die van de Hanzesteden en wordt inzake handel de internationale hoofdmarkt voor Noordwest-Europa. Franse en Engelse, maar ook Italiaanse, Catalaanse en Iberische handelshuizen vestigen er zich en staan in voor een evenwichtige import en export tussen Noord- en Zuid-Europa.
19 november - Sint-Elisabethsvloed: De overstromingen vinden vooral plaats in Vlaanderen en Zeeland. Het landverlies in Zeeuws-Vlaanderen en West-Vlaanderen bedraagt circa 3000 ha. Gravin Margaretha van Male van Vlaanderen geeft opdracht een algemeen zeewerende dijk aan te leggen. Deze wordt nog altijd de Graaf Jansdijk genoemd naar haar zoon en opvolger, Jan zonder Vrees. Later zal Jan zonder Vrees, hertog van Bourgondië, bevel geven de reeds bestaande dijken te verbinden tot één grote dijk die van het noorden van het graafschap tot het zuiden loopt.
Antoon van Bourgondië, de jongste broer van Jan zonder Vrees, wordt hertog van Brabant en organiseert het bestuur over dit hertogdom naar Frans-Bourgondisch model. Er wordt een Rekenkamer en een Raadkamer in Vilvoorde opgericht en een kanselier van Brabant aangesteld. Aanvankelijk stuiten deze instellingen op verzet van de steden Antwerpen, Brussel en 's-Hertogenbosch, die enkele van hun privileges aangetast zien. Maar Anton blijft ten slotte steeds de Brabantse belangen verdedigen en weet de oude band van het hertogdom met het Duitse Rijk af te zwakken.
1407
Door inklinking van het ontgonnen veen wordt in het noorden natuurlijke afwatering van polders steeds problematischer. Voor het eerst wordt gebruikgemaakt van een wipmolen door Floris van Alkemade. Dit markeert het begin van het Nederlandse polderlandschap.
Bij een conflict waarin de zeventienjarige elect-bisschop van Luik, Jan van Beieren door zijn onderdanen bedreigd wordt, grijpt Jan zonder Vrees samen met zijn broer Willem IV, de graaf van Henegouwen, gewapend in en verslaat in de Slag bij Othée het Luikse opstandelingenleger, waarmee hij zijn bijnaam verwerft.
1409
Jan zonder Vrees legt na een oproer in Brugge deze stad het Calfvel op, waarmee hij de macht van de ambachten beperkt. (Ze mogen zich niet langer gewapend achter hun banieren op de Grote Markt opstellen.)
Stavoren werpt, als laatste, het Hollands grafelijk gezag weer af, en Friesland is weer volledig onafhankelijk, waarop het onderlinge uitvechten van vetes en roverijen tussen Schieringers en Vetkopers er weer als vanouds begint.
1 mei - graaf Willem VI van Holland overlijdt en zijn dochter Jacoba van Beieren, kleindochter van Filips de Stoute en Margaretha van Male, en kroonprinses van Frankrijk, wordt gravin van Holland en Zeeland en Henegouwen, maar wordt niet erkend door koning Sigismund, en ook niet door Dordrecht. Zij krijgt te doen met de veroveringsdrang van haar oom Jan VI van Beieren, de niet-ingewijde bisschop van Prinsbisdom Luik, die eveneens aanspraak maakt op haar erfenis. Daarop zoekt zij de steun van haar andere oom Jan zonder Vrees, wat aanleiding geeft tot de Hoekse en Kabeljauwse twisten. Jan VI kiest partij in Holland voor de Kabeljauwen. Door een huwelijk met Jan IV van Brabant kan Jacoba het volgende jaar Brabant en Limburg met haar gebied verenigen, buiten Bourgondië.
Jan VI van Beieren verovert Rotterdam, dat sinds het overlijden van Willem VI partij gekozen heeft voor Jacoba.
Jacoba huwt haar achterneef Jan IV van Brabant. Omdat hij zijn financiële verplichtingen niet kan nakomen, verpandt Jan IV het grondgebied van Jacoba voor 12 jaar aan haar vijand Jan van Beieren. Jacoba laat hierop het huwelijk ongeldig verklaren en vertrekt naar Engeland, waar zij in 1422 in het huwelijk treedt met Humphrey van Gloucester.
Tussen 28 juni en 3 augustus vindt het Beleg van Dordrecht plaats, de stad weet stand te houden.
13 februari - De Zoen van Woudrichem wordt ondertekend tussen Jacoba van Beieren en Jan VI van Beieren. Het is een poging om de Hoekse en Kabeljauwse twisten te beëindigen. Na veel gesprekken komt men overeen, dat Dordrecht, Gorinchem, Leerdam en omliggende landen door Jan van Beieren als erfleen bestuurd zullen worden, terwijl bij de dood van Jacoba Henegouwen, Holland, Zeeland en Friesland aan Jan zullen worden afgestaan. Voorts zullen deze gewesten vijf jaar achtereen door de hertogen van Brabant en Beieren gezamenlijk worden bestuurd, terwijl Jacoba de inkomsten zal verkrijgen.
30 april - In 's-Hertogenbosch breekt de verwoestende stadsbrand van 's-Hertogenbosch uit, waarbij 112 mensen het leven laten. Alle huizen aan de oost- een noordzijde van de markt, het gasthuis, klooster en Sint Jankerk branden daarbij volledig af. De schade wordt op 300.000 gulden begroot, in die tijd een enorm bedrag.
10 september - Jan I van Bourgondië (48) wordt om het leven gebracht op de brug van Monterau, terwijl hij daar een poging onderneemt om met de nieuwe dauphin tot verzoening te komen.
Filips de Goede volgt zijn vader op als hertog van Bourgondië en heer van een steeds uitbreidend aantal Lage Landen. Hij wordt door Justus Lipsiusconditor Belgii genoemd, dat wil zeggen 'éénmaker van de Nederlanden'.
December - Filips de Goede gaat formeel een bondgenootschap aan met de Engelsen.
1420
10 mei - De Schieringers worden door de Oost-Friese hoofdeling Fokko Ukena verslagen in de slag aan de Palesloot. Een groot deel weet te ontkomen en vinden een goed heenkomen in de nabijgelegen steden Stavoren en Sloten. Van daaruit vragen zij om hulp bij hertog Jan van Beieren in Holland.
De gravin van Holland en Henegouwen, Jacoba van Beieren, ontvangt van de paus bericht van nietigheid van haar huwelijk met hertog Jan IV van Brabant. Ze reist naar Engeland en verlooft zich (of huwt?) met de regent Humphrey van Gloucester.
Tot 1448 doet zich het Utrechts Schisma voor, waardoor er twee bisschoppen tegelijk zijn.
1424
Bedfords jongere broer Humphrey van Gloucester wordt verliefd op Jacoba van Beieren, de erfdochter van Holland, Zeeland en Henegouwen. Dit zet een streep door de Bourgondische rekening en zet Bedford voor een groot probleem omdat hij de steun van zijn Bourgondische zwager niet kan missen.
Samen met Humphrey gaat Jacoba terug naar Holland om de strijd op te pakken tegen haar ex-echtgenoot Jan IV, die gesteund wordt door Filips van Bourgondië.
Als Humphrey van Gloucester Jacoba van Beieren in de steek laat voor een hofdame, geeft Jacoba de strijd op. Ze geeft zich over aan Filips van Bourgondië en wordt in Gent gevangengezet.
17 september - Gravin Jacoba wordt ingehuldigd in Gouda, waar zij haar intrek neemt in het kasteel Ter Goude, wat haar verblijfplaats zal worden tussen 1425 en 1428. Van daaruit zet zij haar strijd tegen de Kabeljauwen voort om Holland en Zeeland terug te krijgen.
Als Jacoba op zeker moment verneemt dat de vijand in Leiden een leger bijeen heeft gebracht om eerst Alphen aan den Rijn en daarna Gouda aan te vallen, neemt zij een kordaat besluit. Jacoba laat alle troepen uit Schoonhoven, Oudewater en Gouda verzamelen en trekt over de Gouwe ten strijde bij Alphen aan den Rijn. Jacoba wint en als blijk van deze overwinning worden de banieren van de steden Haarlem, Leiden en Amsterdam naar Gouda mee terug genomen. Gouda is op dat moment hoofdstad van de Hoekse beweging.
3 juli - Met de 'Zoen van Delft' komt een eind aan de Hoekse en Kabeljauwse twisten, die in 1349 begonnen. Jacoba van Beieren sluit vrede met Filips van Bourgondië. Na heel wat getouwtrek ziet de jonge gravin zich nu gedwongen hem als Ruwaard te erkennen. Na het overlijden van haar oom Jan van Beieren in 1425 had zij de strijd tegen Filips van Bourgondië weer opgepakt. In dit vredesverdrag nu wordt bepaald dat Filips erfgenaam wordt van Jacoba's gebieden Henegouwen, Holland, Zeeland en West-Friesland en dat zij geen huwelijk meer mag aangaan. Zij mag zich nog wel gravin van Holland blijven noemen, maar verliest de feitelijke macht. Dit betekent het einde van de onafhankelijkheid van het Hollands/Zeeuwse gewest, dat nu het gezag van Bourgondië moet erkennen.
8 mei - De Engelsen beëindigen het beleg van Orléans, nadat Jeanne d'Arc het Franse leger heeft gemobiliseerd.
17 juli - De troonopvolger (de dauphin) van Frankrijk wordt in Reims tot koning Karel VII gekroond, 6 jaar na de dood van zijn voorganger Karel VI (de Waanzinnige).
In de periode 1429-1473 komen ook Namen, Brabant-Limburg, Picardië, Luxemburg en Gelre bij het hertogdom Bourgondië en gaat postuum de droom van grootvader Filips de Stoute om de Lage Landen in een Bourgondisch rijk te verenigen alsnog grotendeels in vervulling.
1430
Filips de Goede richt de Orde van het Gulden Vlies op bij gelegenheid van zijn huwelijk met Isabella van Portugal. De Orde van het Gulden Vlies is de tegenhanger van de Engelse Orde van de Kousenband, die uit 1348 dateert. Met de instelling van deze Orde wil Filips de Goede nog meer aanzien geven aan zijn dynastie. De nieuwe Orde is een select gezelschap waarmee de hertog zijn beste medewerkers en buitenlandse bondgenoten kan eren. De Orde wordt erkend door de paus en geniet pauselijke privileges.
Tussen 1430-1500 zijn er 300 bewezen heksenprocessen in heel Europa.
Frank van Borssele en Jacoba van Beieren treden in het geheim in het huwelijk. Jacoba schendt daarmee de Zoen van Delft. Filips de Goede neemt Frank gevangen en eist dat Jacoba voorgoed van haar titels afstand doet, wat zij in 1433 uiteindelijk ook zal doen.
Filips de Goede roept voor het eerst vertegenwoordigers van de standen in zijn gewesten in Brussel bijeen. Dit Hof van Holland zal uitgroeien tot Staten-Generaal. Hij voegt Zeeland toe aan zijn bezittingen in de Lage Landen.
21 september - Vrede van Atrecht tussen Karel VII van Frankrijk en Filips de Goede, dit betekent het einde van de Engels-Bourgondische alliantie. Het hertogdom Bourgondië toont zich bereid zich voortaan neutraal op te stellen, in ruil voor meer onafhankelijkheid van de Nederlanden. De persoonlijke leenplicht van Filips de Goede valt weg, (hoewel niet die van zijn opvolgers) van het hertogdom en gebieden in Picardië en de Somme.
De strijd tussen Holland, Brabant en Vlaanderen is tot een einde gekomen nu de gewesten onder de Bourgondiërs verenigd zijn. De toenemende Hollandse scheepvaart leidt echter wel tot wrijvingen met de Hanze. Die adviseert haar lidsteden om eerder via Vlaanderen te varen dan Holland of Zeeland. Dit wordt de Hollands-Wendische Oorlog.
Hoewel er in dit en het hieropvolgend jaar sprake is van zware crisis en torenhoge graanprijzen, delen de Lage Landen niet in de algemene malaise in Europa en is er eerder sprake van economische expansie.
1441
Hendrik II van Borselen - Monsieur De La Vère - zeilt de Elbe en de Wezer op en sleept een aantal Hanzekoggen weg bij Hamburg en Bremen. Hierop wordt de voor Vlaanderen, Holland en Zeeland gunstige Vrede van Kopenhagen gesloten, waarbij de gewesten opnieuw vrije doorgang krijgen door de Sont. Daarmee komt een einde aan de Hollands-Wendische Oorlog. Weliswaar moet Holland schadevergoeding betalen, maar de Hanze moet de vaart op de Oostzee gedogen.
1442
24 juli - De Hanzestad Bremen verklaart de oorlog aan Holland, Friesland, Zeeland en Vlaanderen. De nieuwe oorlog om de vrije handel op de Oostzee komt een jaar na de Vrede van Kopenhagen.
Het eens zo machtige Gent, waar de lakenindustrie in verval is, komt in opstand tegen de hertog vanwege de vaste zoutbelasting. De Gentenaren hebben gepoogd stads positie te handhaven met privileges, en door onderdrukking van het platteland.
1450
Jean Fouquet (ca. 1420 – ca. 1480) baseert zijn stijl op die van de Vlaamse schilderbroers Hubert en Jan van Eyck en van de Florentijnse schilders en beeldhouwers van de Renaissance, met wie hij in Italië kennismaakt.
1451
Tegen 1451 omvat het Bourgondische gebied al de Lage Landen met uitzondering van Friesland, Gelre, en uiteraard ook zonder Luik, Utrecht evenals een aantal kleinere gebieden die nooit tot de Zeventien Provinciën zullen behoren. Maar Filips laat zijn familieleden tot bisschop benoemen. Gelre en Utrecht zijn reeds vazallen, en ook Luxemburg komt onder Bourgondische controle, wanneer Elisabeth van Goerlitz als laatste en kinderloze gravin ervan het hertogdom aan Filips verpandt, zo ook Picardië en delen van Lotharingen.
30 juni - Bordeaux, sinds 1259 in bezit van de Engelse koningen, valt in Franse handen.
26 oktober - In hun conflict met de Bourgondische hertog Filips de Goede, die een belasting op het levensnoodzakelijke zout wil laten opleggen, roepen de Gentse gilden een algemene staking uit en nemen ze de wapens op. Het conflict draait wezenlijk om de invloed van de gilden, met name die van hun overdekens, die voor Filips in strijd is met het Charter van Senlis (1301).
Jan IV van Nassau, heer van Breda, erft de Duitse bezittingen van zijn kinderloos gestorven broer Hendrik. Zo worden de Nederlandse en de Duitse gronden herenigd.
De Utrechtse kapittels kiezen op 7 april de HoeksgezindedomproostGijsbrecht van Brederode tot bisschop. Onder druk van de Filips de Goede benoemt paus Calixtus III diens bastaardzoon David. Filips slaat de weerstand tegen deze benoeming met geweld neer, en in 1456 geeft Gijsbrecht tegen een ruime schadeloosstelling zijn aanspraak op de zetel op. Hij blijft echter een luis in de pels tot David hem, samen met zijn broer Reinoud, in 1470 gevangenneemt.
27 februari - De protestantse leider George van Podiebrad wordt gekozen tot koning van Bohemen. Hij is de eerste koning van een katholiek land die zich afkeert van het katholicisme.
Voor de traditie om de uitvinding van de boekdrukkunst toe te schrijven aan Laurens Janszoon Coster ontbreekt ieder bewijs. De enige bron hiervoor is een verhaal van Hadrianus Junius, een eeuw later. Wel zijn er oude incunabelen bewaard gebleven die vermoedelijk in de Nederlanden gedrukt zijn, zoals van het Latijns grammaticaboek Doctrinale puerorum van Alexandre de Villedieu.
1464
9 januari - Er vindt in Brugge een vergadering plaats van vertegenwoordigers van de Staten van alle Bourgondische gewesten. Hoewel zij politiek gezien slechts in personele unie verenigd zijn, is dit de grondslag van de latere Staten-Generaal. Op de agenda staat het regentschap tijdens de afwezigheid van Filips, maar voor deze op kruistocht kan vertrekken, zakt hij in 1465 weg in seniliteit en zijn zoon Karel neemt vanaf dan de staatszaken waar.
1465
Adolf van Egmond zet zijn vader af als hertog van Gelre en neemt zijn plaats in. In 1471 neemt zijn vader zijn plaats weer in met de hulp van Karel de Stoute, hoewel deze aanvankelijk zoon tegen vader had opgezet.
Karel de Stoute volgt zijn overleden vader als graaf van Vlaanderen op. Bij zijn inhuldiging komt het in Gent tot ongeregeldheden, die met harde hand worden beëindigd.
28 oktober - Slag bij Brustem. Bij het overlijden van Filips de Goede komen de Luikenaars opnieuw in opstand tegen de gehate prins-bisschop, die de vlucht neemt. Zij hopen op steun van de Franse koning Lodewijk XI, de tegenstander van de Bourgondiër Karel de Stoute. Als Karel merkt dat Lodewijk zijn belofte niet nakomt trekt hij met een beroepsleger van 25.000 man op naar Luik. De Luikse en Loonse milities bestaan uit een samenraapsel van 12.000 man waaronder 500 ruiters. Ze worden aangevoerd door Raes van Heers, zijn vrouw Pentacosta van Grevenbroek en Jan de Wilde, graaf van Kessenich. Luik en Loon moeten het gezag van Karel de Stoute na zijn overwinning erkennen. Karel beveelt alle Loonse steden hun muren binnen een maand na 8 november (1467) af te breken.
1468
1 oktober - Margriete Achtels wordt door de rechtbank van de Proosdij van Brugge veroordeeld tot "verbranding aan de staak" wegens het "op bovennatuurlijke wijze" vergiftigen van verscheidene mensen.
Karel de Stoute belegert en verwoest Luik. Zijn soldaten misdragen zich in de stad: ongeveer een kwart van de 20.000 inwoners verliest hierbij het leven.
1473
Karel de Stoute wordt hertog van Gelre nadat Arnold van Egmont overlijdt.
De hofraad reist aanvankelijk mee met de hertog, maar Karel de Stoute laat voor het eerst zijn gerechtelijke raad achter in Mechelen, die vandaar de benaming Parlement van Mechelen krijgt.
De Vrede van Utrecht maakt een einde aan een lange periode van handelsoorlogen in Noordwest-Europa.
1477
5 januari - Slag bij Nancy: Karel de Stoute, de laatste hertog van Bourgondië, sneuvelt tegen de Zwitserse Garde bij een poging Lotharingen in zijn bezit te krijgen. Dit veroorzaakt een crisis in het hertogdom. Zijn dochter Maria van Bourgondië volgt hem op en wordt onmiddellijk geconfronteerd met de ontevredenheid over het oorlogszuchtige en centralistische beleid van haar vader.
Hertogin Maria komt in grote problemen. De gewesten zien hun kans schoon haar te dwingen tot het verlenen van allerlei privilegies.
3 februari wordt met spoed een vergadering van de Staten-Generaal belegd. Vertegenwoordigers van Holland, Vlaanderen, Brabant en Namen plegen overleg om tot een gezamenlijke opstelling te komen. Hier blijkt dat de Staten wel bereid zijn om Maria van Bourgondië als hun vorstin te erkennen en te ondersteunen met financiële middelen, maar wel tegen een zekere prijs. De macht van het centrale bestuur moet ingeperkt worden.
11 februari - Toekenning van het Groot Privilege: Maria verkrijgt financiële en militaire steun van de Staten-Generaal. Ook moet zij, om tegemoet te komen aan het particularisme, aan verscheidene gewesten en steden eigen keuren (landsprivileges) verlenen.
14 maart - Het parlement en de rekenkamer van Mechelen worden door Maria van Bourgondië afgeschaft, maar later vervangen door de Grote Raad van Mechelen. Vlaanderen, Holland en Zeeland verkrijgen hun eigen Groot Privilege, waarbij Nederlands de bestuurstaal wordt en zuiderlingen worden uitgesloten van belangrijke functies.
19 maart - Maria van Bourgondië doet op verzoek van de prins-bisschop afstand van al haar rechten op het prinsbisdom Luik.
19 augustus - Maria van Bourgondië trouwt met Maximiliaan I van Habsburg, waardoor een einde komt aan haar korte persoonlijke regeerperiode en de Nederlanden onder het huis Habsburg komen. Hiermee gaan de Habsburgse en de Bourgondische erflanden samen en is er hoop dat aan de poging van Lodewijk XI om Bourgondië van de kaart te vegen een halt toe te roepen is. Nu kan de Franse dreiging het hoofd geboden worden.
Lodewijk XI neemt de Franse gewesten van de Bourgondische hertogen in beslag en er breekt daarmee weer oorlog uit tussen Maximiliaan en Lodewijk.
Maximiliaan weet met een leger van Zwitserse huurlingen en Engelse boogschutters de Fransen tot Atrecht terug te dringen. Doornik wordt heroverd.
Juli - Er is opnieuw een wapenstilstand tussen Maximiliaan en Lodewijk XI, de laatste belooft alle steden in Henegouwen terug te geven.
Het gedrag van de vreemde huurlingen leidt tot onrust en oproer in Vlaanderen. Jan van Dadizele, een Vlaams edelman die trouw blijft aan de Bourgondiers weet echter het oproer te bedwingen.
Augustus - Jan van Dadizele weet als baljuw van Gent een goed uitgerust en gedisciplineerd leger op de been te brengen. Maximiliaan weet er dankbaar gebruik van te maken.
Gent staat erop dat de jonge kinderen van Maximiliaan en Maria beurtelings in de verschillende gewesten verblijven, maar als het tijd wordt ze aan Brabant af te staan weigert de stad de kinderen te laten gaan. Zij zijn nu in feite gijzelaars.
Bij overstromingen van de Vlaamse kust wordt het dorp Breskens verzwolgen.
Oktober - De Gentse baljuw Jan van Dadizele wordt vermoord. Dit is een zware slag voor Maximiliaan.
1482
27 maart - Maria van Bourgondië overlijdt op 25-jarige leeftijd door een val van haar paard. Haar 4-jarige zoontje Filips de Schone volgt haar op, onder het regentschap van zijn onpopulaire vader Maximiliaan van Oostenrijk. De kleine graaf en zijn zusje zijn echter nog steeds in handen van de Gentenaren.
Maximiliaan wil het Groot Privilege echter niet bevestigen en voert bovendien een expansiepolitiek met oorlogen die veel kosten en dus veel belastingen meebrengen.
Het voogdijschap van Maximiliaan valt bij Vlaanderen en Brabant in slechte aarde. Hij bezit niet voldoende politieke feeling voor wat daar leeft aan sociale krachten, spreekt ook de taal niet. Zij staan erop dat er vrede met Frankrijk gesloten wordt, maar de vorst voelt er weinig voor om de ongunstige voorwaarden van de vrede te aanvaarden, onder andere omdat daarmee het hertogdom Bourgondië voorgoed prijsgegeven wordt. Iedereen voelt zijn ware motivatie om terug te keren tot de Bourgondische staat van voor 1477, terwijl hij zich tegen Frankrijk verdedigt.
16 juli - De Kabeljauwse ruiteraanvoerder Jan van Schaffelaar springt van de toren van Barneveld. Hij overleeft de val maar wordt alsnog door de Hoeken gedood. In de strijd tussen de Kabeljauwse ridder Egbert van Wassenaar en de Hoekse burgemeester van Utrecht, Dirk van Zuylen, wordt het kasteel de Haar verwoest. [1]
De Staten-Generaal die de Nederlanden horen te besturen, blijken niet bij machte de eenheid te bewaren, vanwege innerlijke verdeeldheid uit particularisme. Maximiliaan belooft wel geen oorlog of vrede zonder hun goedkeuring te zullen aangaan, maar intussen krijgen zij nooit weet van zijn plannen. Dat wekt achterdocht, wrevel en een eerste opstand (waarin de Franse koning Lodewijk XI via opruiers mee de hand heeft) in verschillende steden in Vlaanderen en daarna ook in Holland, Brabant en Utrecht. Maximiliaan beantwoordt dit in de klassieke stijl met bruut militair geweld.
23 december - De Staten-Generaal van de Habsburgse Nederlanden erkennen het regentschap van Maximiliaan. Onder druk van de Vlaamse steden sluit hij de Vrede van Atrecht (1482) met Frankrijk en legt zich daarmee neer bij het verlies van de Bourgondische erflanden. De vrede is in het voordeel van de steden, die nu hun handel en nijverheid verder weten uit te breiden. Er breekt een periode aan waarin de buitenlandpolitiek van Maximiliaan in feite gedicteerd wordt door de machtige stad Gent, die zich gesteund weet door Lodewijk XI.
Encyclopædia Britannica, Ultimate Reference Suite (2009): History of the Low Countries, & The Netherlands, Chicago.
Literatuur
Blom, J.C.H., Lamberts, E., redactie (2006): Geschiedenis van de Nederlanden, HBuitgevers, Baarn, ISBN 90-5574-474-3
Boone M. en Stabel P., ed. (2000): Shaping urban identity in late medieval Europe, Garant, Leuven (Studies in urban social, economic and political history of the medieval and modern Low Countries, 11).
Houtte, J.A. van (1979): Economische en sociale geschiedenis van de Lage Landen, 800-1800, Haarlem
Jansen, H.P.H. (1981): Geschiedenis van de Middeleeuwen, derde druk, Uitgeverij Het Spectrum, Utrecht - Antwerpen, ISBN 9027453772
Janssen, P. e.a. (red) (1996): De gouden delta der Lage Landen. Twintig eeuwen beschaving tussen Seine en Rijn, Mercatorfonds, Antwerpen
Mannaerts P. (ed.), (2008): Beghinae in cantu instructae – Muzikaal erfgoed uit Vlaamse begijnhoven (Middeleeuwen-eind 18de eeuw), Brepols, Thurnout
ter Haar, Jaap (2005): Geschiedenis van de Lage Landen Ten Have, Kampen, ISBN 9025954693online
ter Haar, Jaap (2006): Geschiedenis van de Lage Landen Uitgeverij Kok, Kampen, ISBN 9043506427
Romein, J. en A. (1977): De lage landen bij de zee. Een geschiedenis van het Nederlandse volk, Den Haag-Antwerpen
van Cauwelaert, Frans,Alfons De Cock, Jan Denucé, Max Rooses e.a. (1912-1913): Vlaanderen door de eeuwen heen, 2 dln. Elsevier, Amsterdam