Hieronymus Carl Friedrich von Münchhausen

Uit Wiki Raamsdonks Erfgoed

Hieronymus Carl Friedrich Freiherr von Münchhausen (* 11 mei 1720 in Bodenwerder; † 22 februari 1797 ibid.) was een Duits edelman uit het keurvorstendom Brunswijk-Lüneburg. De verhalen van Baron Münchhausen worden aan hem toegeschreven. De Baron diende in het Russische leger in de strijd tegen de Turken. Daarover vertelde hij zeer sterke verhalen, die als volksverhalen in de mondelinge en schriftelijke overlevering voortleven.

Reproductie van een hedendaags portret van Baron von Münchhausen in het uniform van zijn kurassiersregiment in Riga, Letland. Plaats: Münchhausen Museum Bodenwerder

Leven

Het herenhuis dat bekend staat als kasteel Münchhausen, waar Hiëronymus werd geboren en waar hij stierf
Münchhausen vertelt verhalen onder vrienden
Kirche Pernigel (Liepupe) (2012)
Münchhausens rit met de kanonskogel - Tekening door August von Wille
Porseleinen figuur van de porseleinfabriek Fürstenberg
Münchhausen trekt zich uit het moeras - tekening van Theodor Hosemann
Münchhausen's Grote Overrok - Tekening door Gustave Doré

De als Leugenbaron beroemd geworden verteller behoort tot de zogenaamde zwarte lijn van het adellijk geslacht Münchhausen, waarvan de belangrijkste vertegenwoordiger tijdens zijn leven geenszins hijzelf was, maar de keurvorst van Brunswijk-Lüneburg minister-president Gerlach Adolph von Münchhausen (1688-1770).

Hieronymus was een van acht kinderen en werd geboren in het landhuis van een landgoed in Bodenwerder dat bekend staat als kasteel Münchhausen. Zijn vader was de luitenant-kolonel der cavalerie Georg Otto von Münchhausen (1682-1724), heer van de heerlijkheden Rinteln en Bodenwerder, die op zijn beurt een achterkleinzoon was van de huurlingenleider Hilmar von Münchhausen. Zijn vader stierf toen Hieronymus slechts vier jaar oud was; zijn moeder, Sibylle Wilhelmine von Reden uit Hastenbeck (1689-1741), voedde hem op.

Naar adellijk gebruik ging Hieronymus op 13-jarige leeftijd naar het Brunswijkse hof in Wolfenbüttel. In 1737 werd hij page van hertog Anton Ulrich van Brunswijk-Wolfenbüttel, de toekomstige echtgenoot van Anna Leopoldowna, een nicht en aangewezen opvolgster van tsarina Anna van Rusland. Anton Ulrich moest zich bewijzen in de Russische aristocratie, verbleef reeds in Sint-Petersburg en diende in het leger. Münchhausen reisde in december 1737 naar Rusland, waar hij in februari 1738 aankwam. Naar alle waarschijnlijkheid volgde hij zijn meester in de Russisch-Oostenrijkse Turkse oorlog (1736-1739) in dezelfde maand. Sommige van de sterke verhalen die aan hem worden toegeschreven zijn gebaseerd op deze oorlogszuchtige conflicten. Het sterke verhaal van de beroemde "rit op de kanonskogel" heeft waarschijnlijk de belegering van de Ottomaanse Krim-vesting Ochakov door de Russische opperbevelhebber von Münnich als achtergrond.

In 1739 werd Münchhausen door tsarina Anna Ivanovna benoemd tot vaandrig bij de Russische "Brunswijkse Cuirassiers", waarvan de regimentscommandant Anton Ulrich was. De kurassiers werden in Riga gelegerd en namen vervolgens deel aan de Russisch-Zweedse oorlog (1741-1743), waarschijnlijk met Münchhausen.[1] In 1740 werd Münchhausen bevorderd tot luitenant.[2] Onder zijn beschermheer beloofde zijn carrière een glansrijke te worden, want in hetzelfde jaar - na de dood van tsarina Anna - werd de zoon van Anton Ulrich, die toen net geboren was, benoemd tot tsaar van Rusland als Ivan VI. Maar aan alle hoop van de Guelphs en hun gevolg kwam abrupt een einde door een gewelddadige troonswisseling toen Anna's nicht Elizabeth, dochter van Peter de Grote, in 1741 de één jaar oude Ivan ten val bracht en hem en zijn familie voor vele jaren gevangen nam. Münchhausens leven is sindsdien overschaduwd door het lot van Anton Ulrich. Hoewel hij de staatsgreep heelhuids overleefde - vermoedelijk omdat hij op dat moment in Finland vocht - liep zijn carrière, die nog maar net begonnen was, op niets uit: hij moest een heel decennium - tot 1750 - wachten op verdere bevordering tot Ritmeester. De garnizoensstad Riga werd zijn hoofdverblijfplaats gedurende deze jaren. Deze Riga jaren hebben waarschijnlijk invloed gehad op zijn bekwaamheid als verteller, want in de Duits-Baltische aristocratische vriendenkring vertelde men graag uitbundige en fantasierijke verhalen.

Hij werd herhaaldelijk uitgenodigd door zijn vriend, de Baltische edelman Georg Gustav von Dunten, op diens landgoed bij het toenmalige Livonische, nu Letse stadje Ruthern (Dunte), waar zij beiden op eendenjacht gingen. Het was in een van de taveernen van de stad dat Münchhausen voor het eerst actief zou zijn geworden als verteller. Op het landgoed van von Dunten leerde de baron ook diens dochter Jacobine von Dunten (* 1726? in Dunte; † 1790 in Bodenwerder) kennen, met wie hij vervolgens op 2 februari 1744 trouwde in de kerk van het nabijgelegen dorp Pernigel (tegenwoordig: Liepupe).

In 1750 nam Münchhausen afscheid, keerde terug naar Duitsland en bracht nog 40 jaar door met zijn vrouw, kinderloos, op het geërfde landgoed in Bodenwerder aan de Weser. Hij leidde het leven van een landheer, die zijn landgoed bebouwde, omging met zijn buren en zijn favoriete tijdverdrijf de jacht was. Onder zijn vrienden begon zijn talent voor het vertellen van verhalen geleidelijk aan beroemd te worden. Gasten kwamen naar Bodenwerder, zelfs van ver weg, om fabelachtige verhalen te horen, waaronder mogelijk de Kasselse museumdirecteur Rudolf Erich Raspe. De eerste drie van deze verhalen werden in 1761 gepubliceerd door graaf Rochus Friedrich zu Lynar, wiens broer Moritz Karl ooit de minnaar van hertog Anton Ulrichs vrouw Anna Leopoldowna was geweest in hun tijd samen in Sint Petersburg; Rochus Lynar was in 1749 gezant in Sint Petersburg en vervolgens gouverneur in Oldenburg van 1752 tot 1765; niet al te ver daar vandaan, in Daren (tegenwoordig het district Vechta), woonde Münchhausens zuster Anna von Frydag, waar zij elkaar misschien weer hebben ontmoet.

Na de dood van zijn vrouw in 1790 maakte de oude Münchhausen zijn petekind, de pas 17-jarige dochter van majoor von Brunn uit Polle, het hof: op 12 januari 1794 trouwde hij met de 20-jarige Bernhardine Brunsig von Brunn. Kort na het huwelijk, was er een serieuze breuk. De 73-jarige baron heeft de scheiding aangevraagd wegens echtelijke ontrouw. Het huwelijk eindigde in een sensationeel en ruïneus echtscheidingsproces dat drie jaar duurde. De baron verloor daardoor bijna zijn hele fortuin. In 1794 moest hij daarom het landgoed Bodenwerder formeel afstaan aan zijn neef Wilhelm, maar bleef er wel wonen. Bernhardine von Brunn zou op een reis naar Nederland zijn verdwenen. Daar trouwde zij echter in 1800 met de Nederlandse Drosten Abraham de Both uit Didam.

Een gelegenheidsgast in Bodenwerder, de polymaat en conservator Rudolf Erich Raspe, stal in 1774 munten uit de landgravelijke collecties in Kassel om schulden af te lossen. De diefstal werd ontdekt en Raspe vluchtte naar Engeland.[3] Om aan geld te komen publiceerde hij in 1785 in Londen een serie anecdotes en reisavonturen onder de naam van Münchhausen (zie hieronder), nadat graaf Lynar en een anonieme auteur de eerste Münchhausiades al in respectievelijk 1761 en 1781 hadden gepubliceerd. Raspe's boek werd een enorm succes en werd gevolgd door vier steeds uitgebreide nieuwe edities. In 1786 werden deze verhalen in het Duits vertaald door Gottfried August Bürger, die er nog veel meer avonturenverhalen aan toevoegde. Hoewel deze publicaties Hieronymus von Münchhausen wereldberoemd maakten, bezorgden ze hem de reputatie van "baron van de leugen" en maakten ze hem - in zijn ogen - belachelijk. De woede hierover, samen met zijn late huwelijksavontuur en de daaropvolgende ondergang, hebben de rest van zijn jaren verpest.

De sterke verhalen

De verhalen die aan de Baron worden toegeschreven, behoren tot de traditie van de sterke verhalen die ver teruggaat in de literatuur van de klassieke oudheid (Lucianus van Samosata: Vera historia), het Talmoedische jodendom en de vroege oosterse vertelkunst en die werd voortgezet door de humanistische fazetia en Schwank-verzamelingen van de 15e en 16e eeuw in Duitsland.

Meer dan honderd in totaal worden door de verschillende auteurs aan de Baron toegeschreven (zie literaire behandeling). De bekendste zijn:

  • Munchausen bindt zijn paard op een winternacht vast aan wat hij denkt dat een staak is, maar wat in werkelijkheid de top is van de weerhaan van een kerktoren. Na een sneeuwmelting bungelt het paard aan de kerktoren. Dan schiet Münchhausen met zijn pistool door de halsterriem, zodat het paard eraf valt en hij zijn reis kan voortzetten.
  • Munchausen vangt eenden met stukken spek die aan een lijn zijn gebonden, maar de eenden fladderen dan op en dragen hem door de lucht.
  • Munchausen schiet een lading kersenpitten op de kop van een hert, waarna een boom in zijn gewei ontspruit.Munchausen schiet op kippen met een laadstok.
  • Munchausen jaagt op een haas met acht poten.
  • Munchausen grijpt de muil van een wolf en keert hem binnenstebuiten.
  • Munchausen haalt zijn mes, dat in de sneeuw is gevallen, terug door middel van een bevroren stroom urine.
  • Münchhausen's paard wordt in tweeën gespleten door een hek. Terwijl de baron onwetend met de voorste helft naar de drinkbak rijdt, vermaakt de achterste helft zich in de wei met merries.
  • Munchausen springt met z'n paard door een rijdende koets.
  • Munchausen rijdt op een kanonskogel over een belegerde stad, inspecteert de vijandelijke stellingen en stapt zonder omhaal over op een kanonskogel die in tegengestelde richting vliegt.
  • Munchausen trekt zichzelf en z'n paard aan z'n eigen haren uit het moeras.
  • Munchausen rijdt met zijn paard op een gedekte theetafel zonder het servies te breken.
  • Munchausen gooit z'n zilveren bijl zo ver dat ie op de maan landt. Door middel van een bonenstaak klimt hij omhoog om het te halen.
  • Op een koude winterdag bevriezen de noten in de posthoorn van een koetsier. Later, ontdooit de hoorn in de taverne en laat de muziek horen.
  • Münchhausens vlugge knecht brengt de sultan binnen het uur een fles tokay van Wenen naar Constantinopel.
  • Munchausen rijdt in een door paarden getrokken slee wanneer een wolf zijn paard van achteren aanvalt, het in zijn geheel opeet en vervolgens de taak van het paard overneemt terwijl het vastzit in het harnas.
  • Munchausen wordt aangevallen door een hondsdolle hond, die in zijn overrok bijt. Later vertoont de rok zelf tekenen van hondsdolheid en gaat achter zijn eigenaar aan.

De grap van een groot deel van de verhalen ligt in het feit dat fysische of biologische mogelijkheden ad absurdum worden genomen.

Literaire verwerking

De figuur van Münchhausen en zijn sterke verhalen zijn het onderwerp geweest van vele literaire werken. Bijzonder vermeldenswaard zijn:

Rochus Graaf van Lynar

Al in 1761 publiceerde Rochus Graaf van Lynar in zijn boek De Zonderling drie verhalen voor de zedelijke opvoeding van zijn bedienden, die - hoewel de naam Münchhausen niet wordt genoemd - voor de kenners herkenbaar aan de baron waren toe te schrijven.

Vademecum voor grappige mensen

In 1781 verschenen zestien anekdotes in de mond van een heer "M-h-s-n" in een anoniem gepubliceerd vademecum voor grappige mensen. In tegenstelling tot wat vaak wordt gedacht, kan het boekje niet met zekerheid worden toegeschreven aan de uitgever August Mylius; met name ontbreekt zijn naam op de titelpagina. Münchhausen zelf, bekend om zijn publiciteitsschuwe teruggetrokkenheid, was bepaald niet enthousiast over de publicatie. In 1783 verscheen een nieuwe editie van het Vademecum, aangevuld met twee verhalen. Sommige van de verhalen in het Vademecum komen reeds voor in de hierboven genoemde oudere leugenverzamelingen.

 

Rudolf Erich Raspe

De Duitse geleerde Rudolf Erich Raspe, die in Engeland woonde, stelde in de zomer of herfst van 1785 zijn eigen Munchhausen-boek samen, Baron Munchhausen's Narrative of His Marvellous Travels and Campaigns in Russia, gebaseerd op de twee Vademecum-teksten. Hij publiceerde deze verhalenbundel anoniem in december van datzelfde jaar. In april 1786 breidde hij het uit, vooral met de zee-avonturen. In mei en juli 1786, in het voorjaar van 1787 en in 1789 publiceerde hij in Engeland een 3e, 4e, 5e en 6e druk. Daarin heeft hij ook verhalen van Lucian en Engelse oorlogsverslagen opgenomen. Tenslotte volgde een tweede deel in 1792.

Gottfried August Bürger

In september 1786 publiceerde de Duitse dichter Gottfried August Bürger zijn werk Wunderbare Reisen zu Wasser und zu Lande - Feldzüge und lustige Abenteuer des Freiherrn von Münchhausen in Göttingen.[1], die vandaag de dag kan worden beschouwd als de bekendste versie van de avonturen van de Leugenachtige Baron. Het werk is deels een vertaling van Raspe's origineel, deels Bürger's eigen creatie.

Op basis van Raspe's vijfde editie publiceerde Bürger een tweede, uitgebreide editie in de herfst van 1788. Bürger besteedde verder geen aandacht aan Raspe's zesde druk of aan het tweede deel.

 

Vertalingen en aanpassingen in vreemde talen

Vertalingen, vooral van Raspe's en Bürger's werken, volgden spoedig in andere talen zoals het Frans, Nederlands en Zweeds. Hoewel op de titelpagina's telkens het origineel wordt vermeld, hebben de auteurs en vertalers van de andere talen het werk steevast zelf verder gefantaseerd, aangevuld of veranderd, of verschillende oudere originelen door elkaar gehaald. Van 1786 tot 2013 zijn ongeveer 4000 edities van Münchhausen verschenen, in 100 talen en op een totaal van ongeveer zes miljoen exemplaren.

 

Verdere bewerkingen

Munchausen maakt 'n salto met z'n paard. Kopergravure uit Lustiges Post- und Reise-Vademecum, 1795

In 1795 wordt een anonieme verzameling anekdotes over Münchhausen gepubliceerd door Oehmigke in Berlijn onder de titel Lustiges Post- und Reise-Vademecum, munteren Reisenden gewidmet von Monsieur Heemkengrypern, gewesenen Kammerdiener des Herrn von Münchhausen, und herausgegeben von seinem lachenden Erben, Polkwitz 1795.[2] Er wordt onder andere verteld hoe Munchausen een paardenrace wint door met het paard een salto te maken (hoofdstuk 7), hoe hij er niet in slaagt vis te kweken door per ongeluk walvissen te kweken (hoofdstuk 9) of van de pannenkoekenstruiken die hij op zijn landgoederen kweekt (hoofdstuk 14).

In 1833 behandelde Ludwig von Alvensleben de belevenissen van Münchhausen Jr. in Der Lügenkaiser. In 1838 publiceerde Karl Leberecht Immermann Münchhausen. Een verhaal in arabesken.[3] In 1895 ging de komedie in twee bedrijven Der Blitzjunge oder Ein zweiter Münchhausen van Fritz Pfudel in première. In 1906 verscheen Münchhausen und Clarissa van Paul Scheerbart.[4], 1912 zijn werk Das große Licht. Een Munchausen Brevier.[5] Tenslotte, in 1933, volgde Carl Haensel met Das war Münchhausen. In 1948 ging het vijfakter Münchhausen van Walter Hasenclever, geschreven in 1934, in première. In 1957 verscheen het drama Onsterfelijke Munchausen van Kurt Frost, en in 2006 De ware leugens van Baron Munchausen van Dirk Seliger en Anke Seliger. In 1969 gaf de Maximiliaanse Vereniging 1600 exemplaren uit als een jaarlijks geschenk voor 1968: Freyherr von Münchhausen: Die Land-Abenteuer met 13 tekeningen van Josef Hegenbarth uit zijn nalatenschap.

Illustraties

Films

Sinds 1911 zijn de verhalen van Munchhausen verschillende malen verfilmd, zowel als live-action- als als animatiefilm.

De vroegste filmversie is waarschijnlijk de stomme film Les aventures de Baron du Munchhausen van Georges Méliès uit 1911.

  • Een vroege Duitse verfilming is de animatiefilm Die Abenteuer des Baron Münchhausen oder: Die Wahrheit über alles uit 1930/1931.
  • Een van de bekendste verfilmingen is de UFA-film Münchhausen uit 1943 met Hans Albers in de titelrol. De scenarioschrijver was Erich Kästner, die alleen onder een pseudoniem mocht schrijven (als Berthold Bürger). Met productiekosten van ongeveer 6,5 miljoen Reichsmark was de technisch ingewikkelde film na Veit Harlans Kolberg de duurste filmproductie uit de nazitijd.
  • De Duitse animator Hans Held produceerde de tekenfilm Avonturen van Baron Münchhausen - Een Winterreis in 1944.
  • Baron Münchhausen (Tsjechisch: Baron Prášil) door Karel Zeman, 1961.
  • Een serie van vijf tekenfilms onder de naam De Avonturen van Munchausen werd geproduceerd door Natan Lerner en Anatolij Solin in 1973, 1974 in de Sovjet-Unie en vervolgens in 1995 in Rusland.
  • De Franse animatiefilmregisseur Jean Image verfilmde de beroemdste avonturen van Munchausen in twee animatiefilms. Der tollkühne Lügenbaron - Münchhausen und seine cunning pranks (1979) valt vooral op door de nasynchronisatie, waarbij Harald Juhnke zijn stem leende aan Münchhausen. In 1983 verfilmde Image een tweede deel onder de titel Das Geheimnis der Seleniten, dat handelt over Münchhausens eerste en tweede reis naar de maan.
  • De tweedelige Sovjet-televisiefilm Just That Munchausen van Mark Sacharov uit 1979 met Oleg Jankovski in de hoofdrol is een romantische tragikomedie en een allegorische satire op de late Sovjetmaatschappij. Het scenario van Grigory Gorin is slechts vaag gebaseerd op de sterke verhalen van Baron Munchausen. In de film wordt de Baron geportretteerd als een non-conformistische en compromisloze romantische held die het saaie, saaie en eentonige leven wil opvrolijken met een onuitputtelijke fantasie, onconventioneel gedrag en een scherpe tong. Daarbij stuit hij op onbegrip en afwijzing door de conservatieve samenleving, die hem probeert te berispen en uiteindelijk te vernietigen.
  • In 1988 maakte voormalig Monty Python-lid Terry Gilliam een uitbundige productie onder de titel De avonturen van Baron Munchausen, met in de hoofdrollen o.a. John Neville, Eric Idle, Oliver Reed, Robin Williams en Sting.
  • Op eerste kerstdag 2012 zond ARD een tweedelige filmbewerking van 180 minuten uit onder de titel Baron Münchhausen met Jan Josef Liefers in de hoofdrol.

Stripverhaal

Sequential art behandelt ook het thema Münchhausen.

  • Münchhausen. De waarheid over liegen, tekst: Flix, tekeningen: Bernd Kissel, Carlsen Verlag, Hamburg 2016, ISBN 978-3-551-76303-7.

Herinnering van Münchhausen

Fontein in het Münchhausen Museum in Bodenwerder

De Leugenbaron wordt op een bijzondere manier herdacht in zijn geboortestad Bodenwerder in het Weserbergland, waar onder meer een Münchhausenmuseum en een fontein ter herinnering aan het verhaal met het gehalveerde paard staan. Sinds 1997 reikt de stad ook de Münchhausenprijs uit voor bijzondere prestaties op het gebied van performance en oratie. In het nabijgelegen klooster van Kemnade bevindt zich de graftombe van Hiëronymus in de grafkelder van de familie Münchhausen.

In Dunte, Letland, kan de herberg waar Münchhausen zijn eerste sterke verhalen zou hebben verteld nog steeds worden bezocht, evenals delen van het voormalige landgoed van de familie von Dunten, waaronder de gerestaureerde boswachtershut, de opnieuw genaturaliseerde molenaarsvijvers, het tot museum verbouwde landhuis en de oude wasserij. Sinds 18 juli 2005 staat in het Centrale Park van Kaliningrad een monument van Münchhausen. Het werd opgericht op initiatief van de Club van "Kleinkinderen van Münchhausen" (Внучата Мюнхгаузена) als een geschenk van de zusterstad Bodenwerder. Het toont Münchhausen rijdend op de kanonskogel. Een Münchhausen-monument, compleet met kanonskogel, bevindt zich ook in het Bender-fort in Transnistrië, waarvan wordt beweerd dat het de plaats van vertrek en terugkeer van de kanonskogelrit is geweest.[6]

De Baron was ook de peetvader van de term Münchhaus(en)iade, een literaire term voor opschepperige sterke verhalen. Het verhaal van Munchausen die zich aan zijn eigen haren uit het moeras trekt, leeft daarentegen voort in de term "Munchausen-methode", volgens welke men zich op eigen kracht uit zijn benarde positie bevrijdt, zonder de in principe noodzakelijke hulp van buitenaf (bootstrapping). In de bergsport is dit de term die wordt gebruikt voor een reddingstechniek om zich uit een spleet te bevrijden met behulp van verschillende touwtechnieken. Het Munchausen trilemma is een stelling van het kritisch rationalisme. In de geneeskunde werd Munchausen tenslotte de naamgever van het Munchausen-syndroom en het Munchausen by proxy-syndroom, twee zeldzame geestesziekten. In de wiskunde werden de getallen van Münchhausen naar hem genoemd.

Sinds 1994 draagt de asteroïde (14014) Münchhausen de naam van de baron.

Baron Münchhausen is ook herdacht met verschillende munten en postzegels:

 

Postzegels

 
Ausgabedaten
Nennwert: 0,30 Lats
Ausgabedatum: 1. April 2005
Auflage: 300.000
Druckerei: Joh. Enschede
Niederland
Entwurf: E. Viliama

Ter gelegenheid van het 250-jarig bestaan in 1970 gaf de Deutsche Bundespost een speciale postzegel uit van 20 pfennig. Postzegel 1970 (Duitse Federale Postdienst)

 

Postzegel 1970 (Duitse Federale Postdienst)

Op 1 april 2005 gaf de Letse posterijen een speciale postzegel uit ter herdenking van de 285e geboortedag van Münchhausen. Het thema van de postzegel: De Avonturen van Munchausen. De postzegel toont Munchausen met zijn jachthond, genietend van een glas rode wijn, voor een enthousiast publiek.[7] Passend bij de postzegel werd een eerstedag-omslag uitgegeven met een speciaal poststempel van Münchhausenwelt in Dunte (Lets: Minhauzena pasaule - zie weblinks). Op 3 september 2012 gaf Liechtenstein een waarde uit ter ere van de Baron in het kader van een reeks "Helden van de Literatuur". Deze postzegel heeft in de postzegelcatalogus van Michel het nummer 1649. Met de eerste dag van uitgifte 7 mei 2020 heeft Deutsche Post AG een speciale postzegel uitgegeven met een nominale waarde van 80 eurocent ter gelegenheid van het 300-jarig bestaan. Het ontwerp is van de hand van grafisch kunstenaar Julia Warbanow uit Berlijn.

Herdenkingsmedaille 1991

De Letse kunstenaar Jānis Strupulis maakte in 1991 een gedenkpenning met het hoofd van de jonge Münchhausen voor o.a. het Museum voor Geschiedenis en Kunst in Jelgava (vroeger: Mitau), Letland, en ook voor het Münchhausen Museum in Dunte.

Het midden van de voorzijde van de medaille wordt ingenomen door het hoofd van Münchhausen. Naast de afbeelding van het hoofd van Münchhausen staat het jaartal "1991" met in het midden het zegel van de kunstenaar, dat is weergegeven als een "S" die in een rechthoek staat.

De inscriptie FREIHERR HIERONYM KARL FRIEDRICH VON MÜNCHHAUSEN is aangebracht in de buitenste bovenste driekwart cirkel. De data van zijn leven "1720 - 1797" zijn geschreven in de onderste kwart cirkel, gescheiden van de rest van de inscriptie door een punt.

 

Herdenkingsmunt 2005

Letse herdenkingsmunt van 2005
Uitvoergegevens
Nominale waarde: 1 Lat (ca. 1,40 EUR)
Gewicht: 31,47 g
Diameter: 38,61 mm
Materiaal: Sterlingzilver (925/1000)
Geslagen door: 2005, Koningklijke
Nederlandse Munt
Ontwerp: Arvids Priedite (Grafisch)
Jānis Strupulis (Matrijs)

Ter gelegenheid van de heropening van het Münchhausenmuseum in Münchhausenwelt (Lets: Minhauzena pasaule) in Dunte (Letland) in 2005 heeft de Letse centrale bank een herdenkingsmunt laten slaan met motieven die verband houden met Baron Münchhausen. Münchhausen woonde daar van 1737 tot 1750.

  • Vóórzijde: In het middenveld van de munt is een hond afgebeeld met een lantaarn aan zijn staart tegen een matte achtergrond. Hij wordt omringd door een keten van zeven vliegende eenden op een glanzende achtergrond, die Münchhausen achter zich aansleept.[8]
  • Het opschrift "2005" staat in de bovenste halve cirkel van de munt; eveneens in een halve cirkel staat het opschrift VIENS SIMTS SANTIMU (Duits: Einhundert Santims) in het onderste gedeelte van de munt.[8]
Ansichtkaartmotief van Münchhausens bruiloft in Pernigel (Liepupe)
  • Keerzijde: Op een glanzende achtergrond zijn in een cirkel voorstellingen uit de verhalen van Baron Münchhausen gerangschikt: De Baron met een jachtgeweer, zijn jachthond aan zijn voeten, een fazant, twee hazen, een hert en een wild zwijn. In de buitenste cirkel van de munt staan de inscripties BARONS MINHAUZENS en K.F.H. FREIHERR VON MÜNCHHAUSEN, van elkaar gescheiden door een punt op een matte achtergrond.[9]
  • Rand: De opschriften LATVIJAS BANKA (Duits: Bank von Lettland) en LATVIJAS REPUBLIKA (Duits: Letse Republiek) worden gescheiden door een punt.

Verder

  • Basisschool Münchhausen

Literatuur

  • Wunderbare Reise zu Wasser und Lande, Feldzüge und lustige Abentheuer des Freyherrn von Münchhausen, wie er dieselben bey der Flasche im Cirkel seiner Freunde selbst zu erzählen pflegt. In: Kindlers neues Literaturlexikon. Bd. 3, Bp-Ck, Studienausgabe, S. 325f.
  • Doris Bachmann-Medick: Fremddarstellung und Lüge: Übersetzung als kulturelle Übertreibung am Beispiel von Münchhausens Lügengeschichten. In: dies. (Hrsg.): Übersetzung als Repräsentation fremder Kulturen. Erich Schmidt, Berlin 1997, ISBN 3-503-03765-9.
  • NDB|18|524|525|Münchhausen, Hieronymus Freiherr von|Doris Bachmann-Medick|118585487
  • Gottfried August Bürger: Des Freiherrn von Münchhausen einzig wahre Erlebnisse zu Wasser und zu Land, zu Pferd und zu Fuß, im Krieg und Frieden, in der Luft sowie in mehrerer Herren Länder / In diesem Jahre ganz neu verfaßt von Ihm selbst. Und versehen mit sehr wunderlichen Zeichnungen nach der Natur aufgenommen von dem Maler August von Wille. Düsseldorf 1856 (Digitalisat)
  • Lied Deurvorst: Het Uur van de Waarheid, Bährne Louise von Brun (1773-1839) en de mannen in haar leven. Uitgeverij Fagus, IJzerlo 2010.
  • ADB|23|1|5|Münchhausen, Hieronimus|Karl Ernst Hermann Krause|ADB:Münchhausen, Hieronymus Freiherr von (Erzähler)
  • Literatur |Autor=Leonid Lewin |Titel=Wann kam Hieronymus von Münchhausen (1720–1797) nach Rußland? |Sammelwerk=Braunschweigisches Jahrbuch für Landesgeschichte |Band=78 |Datum=1997 |Seiten=263–265
  • Leonid Lewin: Russkij skasocnik baron M-g-s-n. [Baron von Münchhausen in Rußland]. In: Rodina. N 1, Moskau, 1999, S. 52–57.
  • Thankmar Freiherr von Münchhausen: Ein guter Mann, kein Lügner. Hieronymus Freiherr von Münchhausen, genannt der Lügenbaron. In: Frankfurter Allgemeine Zeitung vom 22. Februar 1997, Nr. 45, Beilage Bilder und Zeiten.
  • Edmund Pochhammer: Reisen und Abenteuer des Freiherrn von Münchhausen, wie er dieselben im Kreise seiner Freunde selbst zu erzählten pflegte. Stuttgart, Leipzig 1909, URN|nbn:de:0111-bbf-spo-16610110
  • Werner R. Schweizer: Münchhausen und Münchhausiaden, Werden und Schicksale einer deutsch-englischen Burleske. Francke Verlag, Bern/München 1969.
  • Bernhard Wiebel: Der Mythos vom harmlosen Lügenbaron. In: Neue Zürcher Zeitung vom 5. Januar 2013.

Film

  • Günter Helmes: Erich Kästner als Medienautor: Die Drehbücher zu den Filmen Münchhausen und Dann schon lieber Lebertran. In: Jahrbuch zur Kultur und Literatur der Weimarer Republik 2007, S. 167–181. ISBN 978-3-883778938.
  • Günter Helmes: Münchhausen. Unterhaltung im NS-Format. In: Das Jahrhundert der Bilder, Bd. 1: 1900 bis 1949, hrsg. von Gerhard Paul. Göttingen 2009, S. 632–639. ISBN 978-3-525-30012-1.

Weblinks

Einzelnachweise

Sjabloon:Normdaten Sjabloon:SORTIERUNG:Munchhausen, Hieronymus Carl Friedrich Von Sjabloon:Personendaten