Verslag Piet Boons

Uit Wiki Raamsdonks Erfgoed
Piet Boons
Piet Boons

Herinneringen van Piet Boons in gesprek met Jan van Strien periode voor en tijdens de oorlog. Het gesprek start in 1933 midden in de crisisjaren, hij kan zich herinneren dat met name de arbeiders het moeilijk hadden, geen werk en een lage uitkering vanuit de steun. Boeren beschikten over de eerste levensbehoeften uit hun bedrijf. De familie Boons had land in de Oostpolder. Als in het najaar het jongvee terugging naar de stal, moesten ze vlug terug om de omheining van het weiland op te halen. Anders werd al het hout van de afrastering meegenomen door de mensen van het Fort. Die konden dat goed gebruiken om de kachel te stoken anders zaten ze in de kou.

Dorsen van graan. Er waren ook boeren bij die deden of ze het niet breed hadden. Met het dorsen stond er een controleur bij als het graan ingeleverd moest worden. En die kneep dan een oog dicht als boeren graan achteroverdrukten om het zwart te verkopen. Het hele dorp kwam om dat graan en dat moesten ze thuis zelf malen, dat kon niet bij de molen. De inval van de Duitsers op 10 mei 1940 kan Piet zich nog goed herinneren.

Overbuurman Noud Bink stond bij hun voor het huis met de vader van Piet te praten, toen er een grote colonne legervoertuigen in alle rust voorbij trok. Noud dacht dat het de Fransen waren, maar aan het einde van de stoet kwam de vlag met het hakenkruis. Later zongen ze tijdens het marcheren door de straat uit volle borst "und wir fahren, gegen Engeland"

De Duitse soldaten werden ingekwartierd. Zo ook bij de ouders van Piet; zij kregen een kolonel in huis die een eigen kamer kreeg voor aan de straat. Bij hem was Heinen Peeters, een soort oppasser die erop moest toezien dat er niets gestolen werd én om de kolonel op zijn wenken te bedienen. Piet weet nog dat zijn moeder een keer naar de nachtmis wilde en niet bij haar jas kon. Die hing namelijk in de kast van de kamer waar de kolonel sliep! Ze durfde hem niet wakker te maken, het was pas 5 uur 's morgens, maar ze heeft het toch voor elkaar gekregen!

Er heeft ook een tijdje een Duitser in de schuur op het hooi gezeten die wou deserteren. Later is deze jongen krijgsgevangen gemaakt. Een Duitse koksjongen die in de gaarkeuken werkte bij de familie Zijlmans had zich al eerder overgegeven. Een andere Duitser heeft in het begin horren gemaakt om de ramen te verduisteren met zwart papier. Alles was verduisterd bij de huizen, er mocht geen licht naar buiten schijnen. En Piet weet ook nog goed dat bij hun op het erf een soldaat was doodgeschoten door de Engelsen. Hij heeft hem zelf begraven achter het huis, met zijn papieren in zijn binnenzak en de helm op. Het was een jongen van nog maar 18 jaar. Na de oorlog hebben Duitsers nog een brief gestuurd als blijk van waardering, van wie en waarvoor precies is hij vergeten.

Tot slot vertelt Piet een verhaal dat hem goed is bijgebleven; "Mijn broer was slager en ik moest een mand met vlees naar de zusters brengen. Ik ging met de fiets, zonder licht natuurlijk dus het was pikdonker en de mand stond voor op het stuur. Bij het brandspuithuisje stonden twee wachters die riepen "Halt aufsteigen!" Er was geen tijd om na te denken, dus ik zette er de gang in. Ze kwamen me achterna en ik pakte snel de binnenpaadjes, de fiets gooide ik plat, en zelf ging ik ook platliggen. Ze reden door naar het Broek en toen heb ik snel de mand in het Klooster afgegeven. Met een héle grote omweg ben ik terug naar huis gefietst en ik was blij dat ik weer terug was.

Piet Boons werd geboren in 1925 in de Schansstraat 51 te Raamsdonk.

Bron: Historisch dorp Raamsdonk 75 jaar bevrijd
Wiki opmaak: Terry van Erp