Vondsten geven een nieuwe kijk op het oude Raamsdonk
Na 2 jaar mag Hans het eindelijk vertellen: zijn vondsten geven een nieuwe kijk op het oude Raamsdonk
RAAMSDONK - Is het geluk? Of meer dan dat? Hans Wagemakers geeft met drie vondsten een nieuwe kijk op de geschiedenis van Raamsdonk én die van militair Brabant. ,,Dit lees je niet in de officiële documenten.”
De Lambertuskerk, donderdagmiddag tien over half twee. Eindelijk, na twee jaar geheimhouding, mag Hans Wagemakers zijn schatten, gevonden met een metaaldetector op de akkerlanden van Raamsdonk en Dongen, prijsgeven aan de goegemeente.
Als de amateurarcheoloog de VOC-vlag wegtrekt, prijken er onder het glas tientallen zilveren en gouden munten. Ernaast een schaal met musketkogels, waarmee Wagemakers het bewijs heeft geleverd dat er zijn dorp Raamsdonk niet een maar twee schansen, verdedigingswerken, zijn geweest.
In de grond gestopt
De vondst van de munten zijn relevant voor het verhaal over de Brabantse militaire geschiedenis, zegt Stijn Heeren, als archeoloog verbonden aan de VU Amsterdam. ,,De jongste van de gouden dukaten dateert van 1622. Twee jaar later vond het Beleg van Breda plaats en zijn ze in de grond gestopt.”
Wat we ervan leren: voor de bevolking moet het een heel onzekere tijd zijn geweest
- Stijn Heeren, archeoloog VU Amsterdam
,,Wat we ervan leren: voor de bevolking moet het een heel onzekere tijd zijn geweest, anders verstop je je geld niet in de grond. Dat lees je dus niet in de officiële documenten.”
Ook het ontdekken van een tweede schans kleurt de geschiedenis rondom Raamsdonk nog meer in. ,,Er zijn munten bij uit de tijd van Napoleon. Dus is die tot het begin van negentiende eeuw als verdedigingslinie gebruikt.”
Geheim van de goudsmid
Wagemakers, die met recht trots is op zijn schatten, heeft tot drie keer toe het Eurekagevoel gekend. ,,Het is een kwestie van geluk”, zegt de voormalig. Driemaal? Dat is al te kras. Inderdaad, er komt meer bij kijken. Wat, dat vertelt de schatgraver niet. ,,Dat is het geheim van zilversmid en de goudsmid”, lacht hij.
Maar zonder medewerking van de boeren had deze munten nooit aan de vergetelheid kunnen onttrekken. ,,Zonder boeren geen archeologie.” Vooral hun ploeg was een belangrijk hulpmiddel. ,,Anders had ik waarschijnlijk die musketkogels niet gevonden.” Wat overigens tot monnikenwerk leidde.
"Elke kogel kostte me een emmer zand. Vijfhonderd heb ik, dus heel wat kuubs verzet.”
Elke kogel kostte me een emmer zand. Vijfhonderd heb ik, dus heel wat kuubs verzet
- Hans Wagemakers, amateurarcheoloog
Gouden greep
Wagemakers, die een ontheffing heeft van de gemeente Geertruidenberg om met een metaaldetector op zoek te gaan naar verborgen schatten, is eigenaar van al die munten. Maar als hij ze gaat verkopen, dan delen de boeren mee. ,,Ieder de helft.”
Acht jaar geleden, toen het bouwbedrijf waar hij werkte als restauratiemetselaar failliet ging, kreeg Wagemakers prepensioen. Pa moet aan de gang blijven, dus gaf zijn dochter hem een metaaldetector cadeau. Dat was - letterlijk en figuurlijk - een gouden greep.