Uitspraken van Maarten Luther

Uit Wiki Raamsdonks Historie

Citaten van: Maarten Luther

Maarten Luther (1483-1546), Duits protestantse theoloog en reformator. De publicatie van zijn academische stellingen tegen de handel in aflaten op 31 oktober 1517 is het symbolische begin van het protestantisme. In 1521 werd Luther geëxcommuniceerd door paus Leo X.

Maarten Luther (1483-1546), Duits protestantse theoloog en reformator. De publicatie van zijn academische stellingen tegen de handel in aflaten op 31 oktober 1517 is het symbolische begin van het protestantisme. In 1521 werd Luther geëxcommuniceerd door paus Leo X.

Online biografie: Maarten Luther (1483-1546) en zijn 95 stellingen

  • Al ken ik de weg niet die God met mij gaat, ik ken wel mijn Gids.
  • Het geloof is een lege hand.
  • De Heer heeft de belofte van de opstanding niet alleen in de boeken geschreven, maar ook in elk lenteblad.
  • Het medicijn maakt mensen ziek, wiskunde maakt hen ongelukkig en theologie maakt hen zondig.
  • Wie op zijn twintigste niet knap is, op zijn dertigste niet sterk, op zijn veertigste niet wijs en op zijn vijftigste niet rijk, kan het daarna vergeten.
  • Een bedeesde aars laat zelden een vrolijke scheet.
  • Als ik een wind laat in Wittenberg, ruiken ze die in Rome.
  • Ik zou willen dat men over mijn naam zweeg en zich niet Lutheraan maar Christen noemt. Wat is Luther? De waarheid is toch niet van mij! En ik ben ook voor niemand gekruisigd. Hoe zou ik, arme, stinkende madenzak er dan toe komen dat de kinderen van Christus zich naar mijn naam zouden noemen?
  • God is geen God van droefheid, maar een God van troost en blijdschap. Hij heeft geen behagen in onze nutteloze droefheid. Want de droefheid over de zonde is van korte duur en is tegelijk ook aangenaam door de belofte van genade en vergeving der zonden. Die andere droefheid is echter van de duivel en is zonder belofte; het is puur een bezorgdheid over onmogelijke dingen, die God alleen aangaan.
  • Hier sta ik. Ik kan niet anders. God help me. Amen.
  • Een goed werk is dat, wat aan anderen goed doet.
  • De wereld is een als een dronken boer; tilt men hem aan de ene kant in het zadel, dan valt hij er aan de andere kant weer af.
  • Christus laat ons wel zinken, maar niet verdrinken.
  • Wie niet houdt van vrouwen, wijn en gezang, Die blijft een dwaas, zijn leven lang.
  • Ik geloof, dat ook de honden en katten in de hemel komen, en dat elk schepsel een onsterfelijke ziel heeft.
  • God tot Vriend te hebben is troostrijker dan de vriendschap van de hele wereld.
  • De duivel is een treurige, zure geest, die het niet kan verdragen dat een hart vrolijk en gerust is in God.
  • Een goed geweten is meer dan duizend getuigen.
  • Het boerenwerk is het vrolijkste en vol beloften.
  • Dit onkruid, dat men kerkelijke straffen laat doorlopen tot in het vagevuur, is zonder twijfel gezaaid toen de bisschoppen sliepen.
  • De voortplanting van het menselijk geslacht is een groot wonder en een mysterie. Maar als God mij ter zake om advies had gevraagd, zou ik hem toch aangeraden hebben door te gaan met de productie van onze soort zoals Hij begonnen was: door mensjes te maken uit klei.
  • Wij sterven zo vaak, voordat wij voorgoed sterven.
  • Hoed u voor het “kan niet”.
  • Een luie dief berokkent niet zoveel schade als een nonchalante knecht.
  • Voor je trouwdag kies je wie je wilt liefhebben. Na je trouwdag heb je degene lief, die je hebt gekozen.
  • Het lijkt of ieder land zijn eigen duivel hebben moet; onze Duitse duivel is zeker een goede wijnkruik en moet Zuip heten.
  • Daarom geeft de lieve God rijkdom doorgaans aan grote ezels, voor wie hij verder niets over heeft.
  • Iets is gauw veranderd, maar nog niet zo gauw verbeterd.
  • Als er in de hemel niet gelachen mag worden, dan wil ik daar niet naartoe.
  • Als je oud wilt worden, word dan spoedig oud.
  • Geloof is niet de menselijke droom en waan, die sommigen geloof noemen.
  • Zelfbewustzijn maakt een brede borst.
  • Een leugen is als een sneeuwbal: hoe langer men ze voortrolt, hoe groter ze wordt.
  • Voorspoed verblindt meer mensen dan tegenspoed.
  • Geen groot man doet een geringe dwaasheid.
  • Vrede, indien mogelijk, doch in elk geval de waarheid.