Regenput

Uit Wiki Raamsdonks Historie

Een regenput, regenwaterput, regenbak of (regionaal) tras is een ondergronds opslagbassin voor hemelwater, soms binnenshuis, meestal aangelegd naast een woning. Een regenput was in verleden vooral bedoeld als drinkwaterberging. In sommige regio's van België is de aanwezigheid in de eenentwintigste eeuw verplicht gesteld als spoelwatervoorziening bij nieuw te bouwen woningen. Een waterkelder is een groter bassin voor meerdere huishoudens of een hele nederzetting. Vooral in historische betekenis wordt voor beide betekenissen ook het woord cisterne gebruikt.

Geschiedenis

Bestand:Regenput met overloopgat. Pomp en aanrecht achter raam.jpg
Regenbak bij een woning in ca. 1920

In gebieden waar grondwater door bijvoorbeeld het zoutgehalte onbruikbaar was, werd regenwater als drinkwater gebruikt voordat waterleiding waren aangelegd. Dat was in de Lage Landen in schaars bevolkte gebieden nog tot ca. 1950 het geval. De putten waarin het water verzameld werd, hadden meestal een capaciteit van 300-500 emmers. Ook bij kerkgebouwen was vaak een waterkelder voor het bewaren van regenwater aanwezig. Deze voorraad vormde een reserve voor droge tijden. Veel kerken in Zeeland en op de Zuid-Hollandse Eilanden zijn voorzien van zo'n waterkelder. Bij langdurige droogte werd op sommige plaatsen ook water per schip aangevoerd.

In tijden dat het regenwater als drinkwater gebruikt werd, werd het vaak, voor het in de put kwam, gefilterd met behulp van turf of cokes. Ook kwam het wel voor dat in de put enige zeelten (zoetwatervis) werden gehouden die hielpen het water schoon te houden.

Water putten gebeurde eeuwenlang met behulp van een putketel of aker, een kleine emmer. Ook benutte men vaak een handzuigerpomp met een zwengel die het water maximaal vijf meter verticaal kon verplaatsen.

Modern gebruik

Bestand:Regenput - België - Ursel.jpg
Betonnen regenwaterput om ondergronds te plaatsen, naast de woning

Bij modern gebruik van een regenwaterput wordt een tweede waterleidingnet aangelegd in de woning, typisch voor de wateraansluiting van wc's en wasmachine, gebruik in de tuin en schoonmaken.

Het doel is het verminderen van het gebruik van duurder gezuiverd drinkwater voor het doorspoelen van toiletten, en andere laagwaardige doelen. Het verlaagt ook de druk op de waterwinning en op de waterstand tijdens droge periodes. Tegelijk vermindert het de hoeveelheid regenwater die bij intense buien afgevoerd moet worden in de bebouwde omgeving, en dus de kans op overstromingen. Het vormt dus een buffer om de gevolgen van zowel droge als natte periodes te beperken.

Werking

Regenwater wordt van het dak van een gebouw door goten opgevangen en via pijpen naar de put geleid. De put heeft een stenen (vroeger ook houten) opbouw van circa een meter hoog met een metalen (vroeger ook houten) deksel. Deze opbouw wordt ook wel de keel genoemd.

Moderne ondergrondse regenwaterputten zijn meestal in de vorm van een betonnen cilinder of plastic tanks. Een regenwaterpomp voedt de regenwaterleidingen in de woning. Deze waterleidingen moeten dan strikt gescheiden zijn van de drinkwaterleidingen, om besmettingen van drinkwaterleidingen te vermijden. Een noodmechanisme (voor als de put leeg is) mag daardoor geen fysieke verbinding maken.(zelfs niet met een schakelaar of een eenrichtingsklep verbonden)

Verplichting in waterschaarse regio's

In Vlaanderen en in het Brussels Gewest[1] is een regenwatersysteem verplicht bij nieuwe of herbouwde woningen. Vanaf 2005 ging dit in Vlaanderen bij een eengezinswoning over een regenwaterput van minstens 3000 liter,[2] vanaf 2014 van minstens 5000 liter.[3] In de jaren 1970 was een regenwatersysteem al een aanbeveling als tweede waterbron. In Vlaanderen is de van nature beschikbare hoeveelheid water per inwoner trouwens beperkt, het grootste deel van Vlaanderen kampt zelfs met een extreme waterschaarste, als enige regio in West-Europa.[4]

Technologieën

Traditioneel diende het regenwaterbeheer met gebruik van putten maar één doel. Een geoptimaliseerd real-time beheer maakt het echter mogelijk om deze infrastructuur als bron voor regenwateropvang te gebruiken zonder de bestaande doorstroomcapaciteit in gevaar te brengen. In de Verenigde Staten wordt dit bijvoorbeeld gebruikt om opgeslagen water vóór orkanen te evacueren, waardoor de stroming bij nat weer wordt verminderd en ervoor wordt gezorgd dat er water voor later hergebruik beschikbaar is. Dit heeft als voordeel dat de kwaliteit van het geloosde water wordt verbeterd en de hoeveelheid geloosd water bij gecombineerde riooloverstorten wordt verminderd.[5]

Natte systemen en droge systemen behoren tot de methoden voor afvoer van water van het dak naar een regenwatertank.

  • In een nat systeem lopen de leidingen van de waterafvoergoten naar beneden en onder de grond en vervolgens omhoog naar de tank. Omdat ze ondergronds lopen en onder het niveau van de inlaten van uw tank liggen, blijven deze leidingen met water gevuld zelfs in de periodes zonder regen.
  • Bij een droog systeem lopen de leidingen van uw goten rechtstreeks naar de bovenkant van uw tank. Doordat de leidingen boven uw inlaten zitten kunnen ze in uw tank volledig leeglopen en blijven ze droog na een regenbui.

In de regel worden dwars door de beken afsluitdammen gebouwd om het doordringen van oppervlaktewater in de ondergrondlagen te verbeteren.[6] De intensiteit van waterfiltratie in de slecht doorlatende zone van afsluitdammen kan vele malen kunstmatig worden verhoogd door de ondergrondlagen en deklagen los te maken met ANFO-explosieven die in dagbouw worden gebruikt. Op deze manier kunnen lokale watervoerende lagen snel worden aangevuld en wordt het beschikbare oppervlaktewater volledig benut voor gebruik in het droge seizoen.

Zie ook