Gerrit Blom
Gerrit Blom wordt geboren op 18 maart 1908 in Raamsdonk (E97) als zoon van Jan Blom en Anna van Strien en woont in het naburige Raamsdonksveer. Op 13 oktober 1938 huwt hij met Jo Blom uit Raamsdonk en vertrekt kort daarna als beroepsmilitair bij het KNIL naar Nederlands-Indië. Daar gaat hij aan het werk als administrateur. Zijn vrouw voegt zich in januari 1939 bij Gerrit en samen gaan ze in het Javaanse Bandoeng wonen. Daar wordt hun zoon geboren.
Op 8 december 1941, een dag na de aanval op Pearl Harbor, verklaart de Nederlandse regering vanuit Londen Japan de oorlog. De Japanners grijpen dit aan om Nederlands-Indië direct binnen te vallen. Ter verdediging van de kolonie wordt Gerrit in deze maanden als sergeant-majoor ingedeeld bij de artillerie in Bandoeng.
Vanwege zijn natuurlijke oliebronnen en geostrategische ligging is de verovering van de Nederlandse kolonie voor de Japanners een van de belangrijkste doelen om Oost-Azië te overheersen. De Japanse veldtocht waarin de belangrijkste strategische punten worden ingenomen, zou uiteindelijk 3 maanden in beslag nemen en eindigen met de capitulatie van het KNIL op 8 maart 1942.
Een dag voor de capitulatie wordt Gerrit in Bandoeng krijgsgevangen genomen en afgevoerd naar het kamp Soengei Gerong bij Palembang op Sumatra. In dit kamp wordt Gerrit als dwangarbeider ingezet bij het aanleggen en repareren van voorzieningen van het nabijgelegen vliegveld. De gevangenen ondergaan er ernstige mishandeling en verwaarlozing. De Koreaanse bewakers maken zich schuldig aan martelingen en er worden nauwelijks medicijnen verstrekt tegen endemische tropische ziekten. De voedselvoorziening wordt mettertijd slechter.
Op 8 oktober 1944 bezwijkt Gerrit aan ziekte, veroorzaakt door de slechte omstandigheden in het kamp. Hij is 36 jaar geworden en vindt zijn laatste rustplaats in Bandung op het Nederlands ereveld Pandu.
Bron: Bas Zijlmans - De Dongebode 24e jaargang, maart 1998