Geertruidenberg ondersteuning Keizersveer

Uit Wiki Raamsdonks Erfgoed

Geertruidenberg

In Geertruidenberg was een detachement ter sterkte van twee secties van 2-3GB gedetacheerd onder de sectiecommandant reserve 2e luitenant C.P. Schravendeel. De andere sectie werd door SMI C.B.L. van de Kasteel gecommandeerd. Het detachement was pas op 7 mei voor deze taak aangewezen, en kreeg als bewakingsobject de grote elektriciteitscentrale van de PNEM te Geertruidenberg. Het detachement bleef (vreemd genoeg) zelfstandig en onder tactisch bevel van C.3GB, hoewel in onderhoud bij Keizersveer. De instructie was slechts geweest om in geval van verbroken contact met C.3GB [die zoals de lezer weet oorspronkelijk in Willemstad locatiecommandant zou worden] zich te melden bij de commandant van het detachement Keizersveer. Voorts diende men zelfstandig zorg te dragen voor verdediging van de centrale.

De circa 60 manschappen waren grotendeels gelegerd in de oude kazerne [Arsenaal] te Geertruidenberg. Een wachtdetachement van 20 manschappen was bij de centrale zelf gelegerd. Enkele wachtposten stonden op post, waar SMI Van de Kasteel de scepter zwaaide en zijn kwartier had [Centraleweg 20]. Enkele kleine loopgraven waren de dagen ervoor gegraven om het terrein effectiever te kunnen verdedigen.

Aangezien de twee secties van 3.GB de enige militaire vertegenwoordiging waren in Geertruidenberg, werd na intreding van de oorlogstoestand de luitenant Schravendeel als hoogste militaire autoriteit ter plaatse opeens prominent ingeschakeld bij de uitvoering van arrestaties van NSB’ers en overige ongewenste elementen alsmede de orde handhaving.

Opmerkelijk feit is dat in de morgen een van de Philips colonnes zich meldde bij de luitenant. Deze colonne werd doorgestuurd naar het westen, en zou later te Willemstad opnieuw opduiken [om ook daar bot te vangen voor de overzet]. Een jammerlijke vergissing, want waarom werd de Philipscolonne niet via Keizersveer over gezet? Men zal vermoedelijk alle capaciteit van bruggen en veren hebben willen gebruiken voor het 3e Legerkorps en de Lichte Divisie. Desondanks worden de wenkbrauwen gefronst. De Philips evacuatie was vooroorlogs – ook al voor aanstelling van generaal Winkelman als OLZ [die vaak valselijk in verband wordt gebracht met vermeende voorkeuren die Philips zou hebben genoten] – als een evacuatie aangemerkt van strategisch belang. Zodoende waren enkele stafofficieren van de GS bij de fabriek gestationeerd. Waarom men dan kennelijk een triage systeem toepaste ten voordele van alle landmacht onderdelen in de morgen van 10 mei waarbij Philips haar colonnes zich uiteindelijk opgesloten vonden in Brabant, is (door auteur) niet verklaarbaar.

Tegen het middaguur ontstond opwinding door een neergeschoten Ju-52 [vermoedelijk van 4/.KGzbV1] dat tussen Geertruidenberg en Den Hout neerkwam. Door enkele militairen van de bewakingsgroep van de bruggen over het Markkanaal werden tenminste elf Duitsers gevangen genomen. Mogelijk waren het overigens veertien man. Een verslag van krijgsgevangenzaken van de Etappen en Verkeersdienst vermeldt dat tien soldaten en een onderofficier door de VLSK Vaartuigendienst te Oosterhout over Den Bosch naar de Vesting kwamen. Het toestel werd echter vrijwel zeker door de Oberstleutnant Ernst Zechlin (en drie andere onderofficieren) bestuurd. Een drietal mannen van 3.GB, die de brug bij Den Hout en de sluis bij Vrachelen bewaakten (en moesten vernielen in geval van vijandelijke nadering), ondersteund door de reserve SM Zwaans van de plaatselijke VLSK Vaartuigendienst, arresteerden de Duitsers en lieten hen afvoeren. Van hun lot is niets bekend. Oberstleutnant Zechlin kwam weliswaar in een krijgsgevangenkamp in Den Haag terecht, maar blijkt de oorlog te hebben kunnen voortzetten en overleefde die bovendien. Alle anderen zijn spoorloos gebleken, tot noch toe. Zie meer over deze sector alhier.