Een korte geschiedenis van het onderwijs: verschil tussen versies

Uit Wiki Raamsdonks Historie
(Nieuwe pagina aangemaakt met '{{Zie artikel|Zie ook de tijdlijn: Geschiedenis van het onderwijs in Nederland}} <br> <br><br> Bron digitalisering en Wiki opmaak: Terry van Erp <br> Categorie:Onderwijs')
 
kGeen bewerkingssamenvatting
Regel 1: Regel 1:
=== De eerste scholen ===
Over de eerste scholen in Nederland is vrij weinig bekend.<br>
Waarschijnlijk zijn deze in de middeleeuwen opgezet naar het voorbeeld van de Engelse kloosterscholen die al in de zevende en achtste eeuw bestonden. Twee missionarissen uit Engeland, Willibrordus en Bonifatius, reisden onder andere naar Nederland af om het Christelijke geloof te prediken. Zij namen in Nederland jongens in de leer om hen te helpen bij het missiewerk.
<br>
Rond 750 na Chr. werd in Utrecht een kloosterschool
opgericht door Gregorius, een leerling van Bonifatius.
Deze school is één van de eerste scholen in Nederland
waarover iets bekend is. In eerste instantie waren de
kloosterscholen gericht op het opleiden van jongens tot
monnik of priester.
=== Karel de Grote ===
[[Karel de Grote]] (742-814) zorgde dat hier verandering in kwam; alle jongens moesten naar school. Karel de Grote regeerde van 768 tot 814 over het grote Frankische rijk.
Voor het besturen van zijn land maakte [[Karel de Grote]] gebruik van de monniken, priesters en edellieden die konden lezen en schrijven. De rest van de bevolking was in deze tijd analfabeet.
Karel de Grote vaardigde verschillende onderwijswetten uit. Zo luidde in 789 een wet:
<blockquote>EN DAT ER SCHOLEN ZULLEN GESTICHT WORDEN, WAARIN DE KINDEREN LEZEN....</blockquote>
In de wetten staat geschreven dat alle jongens in het Frankische rijk in een kloosterschool moeten leren lezen, schrijven, zingen en bidden. De reden voor deze wetgeving was vooral het (verder) verspreiden van het christelijke geloof. Hierdoor hoopte hij een grotere eenheid in zijn rijk te bewerkstelligen.
=== Kloosterschool ===
De kloosterschool bestond vaak uit twee scholen; een binnenschool, bestemd voor jongens die opgeleid werden tot monnik of priester, en een buitenschool voor de gewone burgerjongens. Het onderwijs aan de kloosterschool was sterk religieus. Naast het leren lezen, schrijven en rekenen kregen de jongens les in godsdienst en koorzang.
Afhankelijk van de kennis van de leraar verschilde het onderwijsniveau sterk per klooster. De leraar gaf les door voor te lezen uit de bijbel of andere religieuze teksten.<br>
De leerlingen moesten de lessen vervolgens uit hun hoofd leren. Dit had vooral een praktische reden aangezien perkament en handgeschreven boeken zeer kostbaar waren.
Pas wanneer een leerling een tekst volledig uit het hoofd kende, kon hij letter voor letter, woord voor woord een tekst leren lezen. Vervolgens mochten de leerlingen met een stylus op een wastafeltje leren schrijven. Net als bij het lezen, leerden de leerlingen eerst letters dan lettergrepen en vervolgens psalmteksten naschrijven.
Koorzang was een van de belangrijkste vakken op de kloosterschool. De leerlingen waren verplicht om naast het reguliere lesprogramma deel te nemen aan verschillende kerkdiensten en andere godsdienstige oefeningen. Een ander belangrijk vak was rekenen. Dit vak werd gegeven vanaf het moment dat de burgerjongens
{{Zie artikel|Zie ook de tijdlijn: [[Geschiedenis van het onderwijs in Nederland]]}}
{{Zie artikel|Zie ook de tijdlijn: [[Geschiedenis van het onderwijs in Nederland]]}}
<br>
<br>

Versie van 5 apr 2024 13:35

De eerste scholen

Over de eerste scholen in Nederland is vrij weinig bekend.
Waarschijnlijk zijn deze in de middeleeuwen opgezet naar het voorbeeld van de Engelse kloosterscholen die al in de zevende en achtste eeuw bestonden. Twee missionarissen uit Engeland, Willibrordus en Bonifatius, reisden onder andere naar Nederland af om het Christelijke geloof te prediken. Zij namen in Nederland jongens in de leer om hen te helpen bij het missiewerk.
Rond 750 na Chr. werd in Utrecht een kloosterschool opgericht door Gregorius, een leerling van Bonifatius. Deze school is één van de eerste scholen in Nederland waarover iets bekend is. In eerste instantie waren de kloosterscholen gericht op het opleiden van jongens tot monnik of priester.

Karel de Grote

Karel de Grote (742-814) zorgde dat hier verandering in kwam; alle jongens moesten naar school. Karel de Grote regeerde van 768 tot 814 over het grote Frankische rijk.

Voor het besturen van zijn land maakte Karel de Grote gebruik van de monniken, priesters en edellieden die konden lezen en schrijven. De rest van de bevolking was in deze tijd analfabeet.

Karel de Grote vaardigde verschillende onderwijswetten uit. Zo luidde in 789 een wet:

EN DAT ER SCHOLEN ZULLEN GESTICHT WORDEN, WAARIN DE KINDEREN LEZEN....

In de wetten staat geschreven dat alle jongens in het Frankische rijk in een kloosterschool moeten leren lezen, schrijven, zingen en bidden. De reden voor deze wetgeving was vooral het (verder) verspreiden van het christelijke geloof. Hierdoor hoopte hij een grotere eenheid in zijn rijk te bewerkstelligen.

Kloosterschool

De kloosterschool bestond vaak uit twee scholen; een binnenschool, bestemd voor jongens die opgeleid werden tot monnik of priester, en een buitenschool voor de gewone burgerjongens. Het onderwijs aan de kloosterschool was sterk religieus. Naast het leren lezen, schrijven en rekenen kregen de jongens les in godsdienst en koorzang.


Afhankelijk van de kennis van de leraar verschilde het onderwijsniveau sterk per klooster. De leraar gaf les door voor te lezen uit de bijbel of andere religieuze teksten.
De leerlingen moesten de lessen vervolgens uit hun hoofd leren. Dit had vooral een praktische reden aangezien perkament en handgeschreven boeken zeer kostbaar waren.

Pas wanneer een leerling een tekst volledig uit het hoofd kende, kon hij letter voor letter, woord voor woord een tekst leren lezen. Vervolgens mochten de leerlingen met een stylus op een wastafeltje leren schrijven. Net als bij het lezen, leerden de leerlingen eerst letters dan lettergrepen en vervolgens psalmteksten naschrijven.


Koorzang was een van de belangrijkste vakken op de kloosterschool. De leerlingen waren verplicht om naast het reguliere lesprogramma deel te nemen aan verschillende kerkdiensten en andere godsdienstige oefeningen. Een ander belangrijk vak was rekenen. Dit vak werd gegeven vanaf het moment dat de burgerjongens




Bron digitalisering en Wiki opmaak: Terry van Erp