Demobilisatie-insigne
Alle militairen van de Koninklijke Landmacht die in Indië hadden gediend, kregen bij hun afzwaaien een Demobilisatie-insigne met erecertificaat. Het insigne staat hiernaast afgebeeld op het bijbehorende erecertificaat.
Het insigne werd uitgereikt op grond van een Ministeriële Beschikking van 2 oktober 1950, (Nr. 154739) getiteld Regeling betreffende gedemobiliseerde militairen, die in aanmerking komen voor het ontvangen van een erecertificaat en een demobilisatie-insigne. De beschikking luidde:
Om in aanmerking te komen voor uitreiking van een erecertificaat en het daarbij behorend Demobilisatie-insigne zal de gewezen militair van de Koninklijke landmacht in een tijdvak, gelegen tussen 15 Augustus 1945 en 27 December 1949 gedurende 6 maanden dienst moeten hebben gedaan op het grondgebied van het voormalige Nederlands-Indië en die dienst op goede wijze moeten hebben vervuld.
Op 11 november 1950 werd bovengenoemde periode van 6 maanden verkort tot 3 maanden.
Het Demobilisatie-insigne is geen onderscheiding zoals het Ereteken voor Orde en Vrede dat is, maar is, voor zover het leden van de Koninklijke Landmacht betreft, wel voor vrijwel dezelfde groep militairen bedoeld. Het is een herinneringsspeld die uitsluitend op burgerkleding wordt gedragen.
Interessant is dat het erecertificaat behalve de naam, geboorteplaats en rang, ook vermeldt wanneer de militair uit Nederland is vertrokken en wanneer hij daar weer is teruggekeerd.
Erecertificaten van Raamsdonkse militairen
Klik op een afbeelding voor een vergroting.
[[Afbeelding: | [[Afbeelding: | [[Afbeelding: |
[[Afbeelding: | [[Afbeelding: |