Gedenkstenen in Raamsdonk
Kerklaan 7, 1900 Huis ten Halve
Houten bordje met de naam ‘Huis ten Halve’.
Het huis is een voormalige boerderij annex café met die naam. De benaming ‘Huis ten Halve’ voor een herberg was een veelvoorkomend verschijnsel in Brabant. Het betekent: halverwege twee dorpen. Zo is tussen Geertruidenberg en Drimmelen ook een ‘Huis ten Halve’. Het pand aan de Kerklaan is omstreeks 1900 gebouwd en deed dienst als boerderij. De bewoners verkregen neveninkomsten uit de slijterij, waarvoor zij één kamer hadden ingericht. De slijterij werd later café, dat tot in de jaren 60 van de twintigste eeuw heeft bestaan. Het houten bordje is sinds die tijd een keer vernieuwd.
In de volksmond ook wel 'de vertien billekes' of de 'zeuve scheure' genoemd.
Informatiebron:
• Familie J. van Leysen.
Kerkplein 2 kerkmuur vlakbij pastorie, 1888 PRIM.LAP.POS. M.A. VAN AART
Ingemetselde natuurstenen plaat ter herdenking aan de eerste steenlegging van de bouw van de kerk.
De tekst luidt: “PRIM.LAP.POS. M.A. VAN AART”, hetgeen betekent dat de eerste steen door M.A. van Aart geplaatst is. Door verwering zijn de dag en het jaar die hier oorspronkelijk bij stonden niet meer te lezen. De bouw startte op 18 april 1888, dus deze datum zal onder de naam van de bouwpastoor gestaan hebben. De St.-Bavokerk is een kruisbasiliek in Romaans-gotische stijl, gebouwd onder architectuur van Charles Weber.
Informatiebron:
• Gré Konings, Geschiedenis van Raamsdonk (Raamsdonk, 1975) p. 27-28.
Kerkplein 3, 1937
PRIM.LAP.POS. L. VAN HEESWIJCK, PASTOR, A.D. 1937
Ingemetselde steen met de tekst: “PRIM.LAP.POS. L. VAN HEESWIJCK, PASTOR, A.D. 1937”.
In 1937 lieten de zusters van de congregatie Zusters van Liefde uit Schijndel een bewaarschool naast de St.-Bavokerk bouwen. De school werd ingezegend door L. van Heeswijck, die van 1925 tot zijn overlijden op 23 juli 1944 pastoor van Raamsdonk was. Sinds 1975 heeft het gebouw de functie van ‘Ontmoetingscentrum’.
Informatiebron:
• Jan Hoek en Jan van Strien, Adrianusgebouw van klooster tot ontmoetingscentrum 1907-2007 (Raamsdonksveer, 2007) p. 36.
