Kopen in het Oude Testament

Uit Wiki Raamsdonks Erfgoed
Versie door Colani (overleg | bijdragen) op 2 jan 2023 om 09:45
(wijz) ← Oudere versie | Huidige versie (wijz) | Nieuwere versie → (wijz)

Ook al was er in het oude Israël nog geen geld, er werd wel degelijk gekocht en verkocht. Men betaalde met afgewogen hoeveelheden waardevol materiaal, zoals zilver of goud. Een beroemd voorbeeld van een koop in de Bijbel, is het verhaal van Genesis 23. Daarin wordt verteld hoe Abraham een stuk land aankoopt van de Hethiet Efron.
Op dat stuk land bevindt zich een grot, die Abraham wil inrichten als familiegraf. Zo kan hij zijn vrouw Sara, die is overleden, begraven op zijn eigen grond. Op een prachtige manier wordt verteld hoe de koop tot stand komt. Uiteindelijk koopt Abraham de grond voor vierhonderd sjekel zilver. Een sjekel is ongeveer 11 gram. Abraham koopt het land dus voor een kleine 4,5 kilo zilver. Het zilver wordt afgewogen: echt geld was er nog niet.

Een ander voorbeeld van een koop is te lezen in 2 Samuel 24:18-25. Daar wordt beschreven hoe koning David een dorsvloer koopt van een zekere Arauna (op de plaats waar later de tempel van Jeruzalem gebouwd zal worden). David koopt de dorsvloer voor vijftig sjekel zilver, dat is ruim een halve kilo


Prijsverhoging

Hetzelfde verhaal over David die een dorsvloer koopt, wordt ook verteld in 1 Kronieken 21:18-27. Daar wordt de oorspronkelijke eigenaar Ornan genoemd. In deze versie van het verhaal is de dorsvloer een stuk duurder. David betaalt Ornan zeshonderd sjekel goud, oftewel ruim 6,5 kilo. Wat is de verklaring voor deze enorme prijsstijging? Het boek Kronieken is later geschreven dan het boek Samuel.

De auteurs van het boek Kronieken kenden de boeken Samuel en Koningen en gebruikten die ook voor hun eigen werk. Maar dikwijls brachten zij veranderingen aan in de verhalen die ze opnieuw vertelden. Ze legden heel sterk hun eigen accent en gingen heel vrij om met hun bronnen Samuel en Koningen. Misschien wilden ze voorkomen dat de lezer zou denken dat koning David er voor een koopje vanaf was gekomen. Ze noemden een veel hogere prijs voor de dorsvloer, zodat het duidelijk was dat de plaats waar later de tempel werd gebouwd een waardevolle, duurbetaalde plaats was.


Bron: Terry van Erp