Rietvorst

Uit Wiki Raamsdonks Erfgoed
Versie door Colani (overleg | bijdragen) op 30 sep 2024 om 11:11
(wijz) ← Oudere versie | Huidige versie (wijz) | Nieuwere versie → (wijz)
Rietvorst
Rietvorst
Rietvorst
Rietvorst
Rietvorst

Ook, soms: strovorst. Een rietvorst is een dakpan die bij een rieten dak als nokafwerking (nokvorst) wordt toegepast. De nokafwerking van een rieten dak wordt meestal gerealiseerd met rode of blauwe (grijze) vorstpannen, speciaal hiervoor gemaakte boogvormige pannen, die voor een mooie afwerking van het dak zorgt.

Deze pannen worden normaal gelegd in een kalkrijke basterdmortel en platvol gevoegd of met verhoogde voeg, bol- of spitsvorm om een mogelijk maatverschil in deze grote pannen met een grootste overspanning van 660 mm te verbloemen. (Monumentenzorg eist platvol.) Meer dan 90% van alle rieten daken in Nederland, België en Frankrijk worden met speciale keramische nokvorsten (rietvorsten) afgedekt. In Duitsland komen heidevorsten voor en in Normandië bloemenvorsten. De uiteinden kunnen, afhankelijk van de situatie, voorzien zijn van uilenborden of van een eindstukpan, een zogenoemde apenkont.

Materialen

Tegenwoordig zijn ook koperen rietvorsten verkrijgbaar. De koperen variant zou het voordeel hebben dat het koperzuur het rieten dak vrijhoudt van algen en mos. Dit laatste zou ook kunnen worden verkregen door 5 mm koperen garden onzichtbaar in het riet zelf aan te brengen. Bij een koperen rietvorst moet er wel rekening mee gehouden worden dat de kleur na verloop van tijd verandert (groen geoxideerd bij onbehandeld koper, bij behandeld koper bv. donkerbruin), dat de koperen afwerking prijstechnisch aanzienlijk duurder zal zijn en dat de uitvoering precisie vraagt (wordt in zeer grote elementen vervaardigd) en een nauwkeuriger maatwerk dan de traditionele robuuste gebakken nok van slechts 210 mm breedte met een werkende breedte van 230 mm. Rechts een maatschets van een rietvorst, bijvoorbeeld 660 x 235 x 210 mm en overlangs gemeten 860 mm (weldoorbakken, de lengte vóór het bakken is 960 mm; als de rietvorst niet voldoende doorbakken is, zou het ook 870 of 880 mm kunnen zijn).

Kleuren

Wat betreft kleuren en kleurvastheid van traditionele rietvorsten:

  • natuurrood, ovenvallend, niet geëngobeerd, alleen maar weldoorbakken (natuurrood is het "huisrood" van de betreffende dakpannenfabriek; ovenvallend betekent dat nog niet op kleur is gesorteerd dus kan ietsje genuanceerd zijn)
  • blauw gesmoord (het blauw is meer grijs).

Het ijzergehalte van de klei bepaalt de kleur. Hoe donkerder het natuurrood des te donkerder moet het gesmoorde blauw zijn (het grijs dat zwart nadert). Legt men natuurrood en gesmoord naast elkaar, dan lijkt het pittoresk rood roder en grijs blauwer. Het gesmoord van Tichelaar is meer vaalzwart, van Meyer meer grijszwart en het rood van Tichelaar is donkerder dan het huisrood van Meyer dat ietsje meer naar oranje gaat, net als Deest. Het verglazen is bij rietvorsten standaard in glanzend gitzwart zoals op stelpboerderijen in Westfriesland, maar kan ook in andere kleuren zoals kastanjebruin (schoorsteenpottenbruin) of in transparant. In principe in elke andere kleur mogelijk. Wanneer een pannenfabriek geen goed huisrood heeft, kan die mbv. engobe in elke gewenste kleur brengen. Bovendien is geëngobeerd veel voordeliger dan geglazuurd. Bij glazuren (verglazen) bakt het product vaak aan elkaar, bij engoberen niet.

streefmaten voor keramische rietvorsten

Leveranciers van rietvorsten zijn o.m. Meyer uit D-46446 Emmerich-Vrasselt van Rijnklei (Wonink Rijnlandse rietvorst), TCB Terres cuites de Bourgogne van Loireklei (Bourgondische rietvorst) en nog van Tichelaar Makkum van Westerwaldklei.

Bronnen

  • Rietdekker Bron
  • Vakfederatie Riet (Rasenberg, Vranken rietdaken)
  • Speciaal dank aan Kees Wonink, ook voor alle technische details.



Digitalisering en Wiki opmaak: Terry van Erp