De Koude Oorlog (1945-1991) – Samenvatting & Tijdlijn

Uit Wiki Raamsdonks Erfgoed
(wijz) ← Oudere versie | Huidige versie (wijz) | Nieuwere versie → (wijz)

De Koude Oorlog (1945-1991) – Samenvatting & Tijdlijn

Oorzaken, verloop en gevolgen

Tijdens de Koude Oorlog werden honderden nucleaire tests uitgevoerd
Tijdens de Koude Oorlog werden honderden nucleaire tests uitgevoerd

De Koude Oorlog (1945-1991) is een fase uit de wereldgeschiedenis waarin sprake was van een gewapende vrede tussen de kapitalistische wereld (met de Verenigde Staten als aanvoerder) en communistische landen die onder invloed van de Sovjet-Unie stonden. Een samenvatting van de Koude Oorlog. Dit overzichtsartikel vat de kernpunten en hoofdmomenten uit de Koude Oorlog samen. Wat waren de oorzaken, het verloop en de belangrijkste gevolgen van de Koude Oorlog? En welke jaartallen waren belangrijk? Onderaan is een bronnenlijst te vinden waarin de belangrijkste geraadpleegde bronnen zijn vermeld.

De term ‘Koude Oorlog’

Topoverleg tussen Reagan en Gorbatsjov in Genève (20 november 1985)

Met de ‘Koude Oorlog’ wordt een strijd bedoeld, waarbij de wapens koud blijven en er vooral verbaal – via radio, tv, propaganda – en militair – door een wapenwedloop – geprobeerd wordt om de tegenstander te intimideren. Feitelijk kwam het nooit tot een rechtstreeks militair treffen tussen de Verenigde Staten en de Sovjet-Unie zelf. Wél werden er wereldwijd meerdere oorlogen uitgevochten door de landen die binnen de Amerikaanse of Russische invloedssfeer lagen of door hen gesteund werden. Denk bijvoorbeeld aan de Koreaanse Oorlog (1950-1953) en de Vietnamoorlog (1955-1975).

Het begrip cold war is in 1945 voor het eerst gebruikt door de Engelse schrijver George Orwell (1903-1950). Deze Orwell is wereldberoemd geworden met het allegorische boerderijverhaal Animal Farm (1945) – waarin het communisme bekritiseerd werd – en de roman 1984 (1949), die de gevaren van totalitaire dictaturen (‘Big Brother is watching you’) aan de kaak stelde. Orwell gebruikte de term cold war in het artikel ‘You and the Atomic Bomb‘ in het tijdschrift Tribune op 19 oktober 1945. De term Koude Oorlog is overigens 700 jaar geleden al eens gemunt door de Spaanse schrijver Don Juan Manuel (1282-1349). Hij bedoelde met ‘koude oorlog’ de ongemakkelijke, gewapende vrede tussen moslims en christenen in het Spanje van zijn tijd.

Oorzaken van de Koude Oorlog

Voor de belangrijkste oorzaak van de Koude Oorlog, namelijk de ideologische tegenstelling tussen het kapitalisme en het communisme, moeten we terug naar de Russische Revolutie van 1917. Toen na de Russische Burgeroorlog (1917-1922) de communisten onder leiding van Vladimir Lenin definitief hun macht vestigden en in 1922 de Unie van Socialistische Sovjetrepublieken (USSR) stichtten, was er een ideologische bom gelegd die leidde tot internationale spanning. Enerzijds waren er de communisten, ook wel bolsjewieken genoemd. Zij streefden naar een wereldwijde revolutie van de arbeidersklasse cq. proletariërs, kenden een geleide economie (met collectivisatie en meerjarenplannen) en hadden een politiek systeem dat dictatoriaal was.

Paddestoelwolk na een aanval met een atoombom

Lijnrecht hiertegenover stond het vrije westen, dat een vrije markteconomie kende (kapitalisme) en een democratisch bestuurlijk systeem. De Amerikanen waren vanaf de jaren 1920 bang voor een uitbreiding van de communistische invloedssfeer.

Tijdens de Tweede Wereldoorlog liepen de spanningen tussen de Verenigde Staten en de Sovjet-Unie om meerdere redenen hoog op. Zo wilden de Amerikanen hun kennis over de atoombom niet delen met de Russen en werkten zij onder (vermeende) strikte geheimhouding solistisch aan het ontwerp van een megabom, via het Manhattan Project, die Adolf Hitler op de knieën moest dwingen maar uiteindelijk gebruikt zou worden op Nagasaki en Hiroshima in augustus 1945 en Japan tot overgave zou dwingen.

Een andere kernfactor was het feit dat de Amerikanen en Russen elkaar in april 1945 bij Berlijn tegenkwamen in de strijd tegen nazi-Duitsland. De Sovjet-Unie was toen al hard doende om de communistische invloed in het door haar ‘bevrijde’ Oost-Europa uit te breiden. Te snelle beloften en niet nagekomen afspraken op de conferentie in Teheran (november-december 1943), Jalta (februari 1945), Potsdam (juli-augustus 1945) – waar de invloedssferen in Europa verdeeld werden – deden een laatste grote duit in het zakje van de Koude Oorlog.

Jozef Stalin overlegt op de Conferentie van Teheran in 1943 met Franklin Roosevelt en Winston Churchill

Periodisering en hoofdmomenten Koude Oorlog

Er is in de historiografie een enorme variëteit wat de periodisering van de Koude Oorlog betreft. Sommige historici laten de Koude Oorlog al in 1917 beginnen, toen de Russische Revolutie leidde tot de opkomst van het communisme. Logischer is echter om de jaren 1944-1945 als startpunt aan te wijzen. Vooral vanaf het moment dat beide supermachten de Sovjet-Unie en de Verenigde Staten als overwinnaars uit de Tweede Wereldoorlog kwamen en hun invloedssferen wilden uitbreiden, begon de onderlinge tegenstelling tussen beide landen een groot gevaar te vormen voor de wereldvrede.

Ook zou het voorjaar van 1946, februari en maart, als startpunt genomen kunnen worden. Eerst sprak Jozef Stalin in het openbaar van een onmogelijke vrede met het Westen, kort daarop gevolgd door de beroemde IJzeren Gordijn-speech van Winston Churchill (1874-1965) van 5 maart 1946.

De Koude Oorlog valt – achteraf bezien natuurlijk – in te delen in zes hoofdfasen:

  • Beginfase (1945-1949) – Europees conflict
  • Tweede fase (1949-1953) – Uitbreiding naar Azië
  • Derde Fase (1953-1957) – Destalinisatie & Warschaupact
  • Vierde fase (1957-1962) – Vietnam, Cubacrisis & Berlijnse Muur
  • Vijfde fase (1962-1979) – Kennedy, Vietnam & Détente
  • Eindfase (1979-1991) – Neergang & ondergang communisme

1. Beginfase (1945-1949) – Europees conflict

Jozef Stalin
Jozef Stalin

In 1945 werd in Jalta en Potsdam besloten om voormalig nazi-Duitsland – net als de hoofdstad Berlijn – op te splitsen in vier bezettingszonen met Amerikaanse, Russische, Engelse en Franse secties. Hierdoor kreeg Jozef Stalin – die hiermee overigens al in 1944 was begonnen – vrij spel om in Oost-Europa communistische regeringen te installeren. Op 9 februari 1946 maakte Stalin in een toespraak in het Bolsjojtheater in Moskou voor het eerst in het openbaar duidelijk dat er een nieuwe tijd aangebroken was: duurzame vrede tussen het communisme en kapitalisme achtte hij onmogelijk. Kort daarop, begin maart 1946, sprak Winston Churchill zich uit en liet in een speech de term ‘IJzeren Gordijn’ vallen, dat over Europa was neergedaald en het continent in twee blokken verdeelde.

Zowel in het Oosten als Westen, met Europa als kerngebied, begon hiermee een proces van ideologische blokvorming, dat tot uitdrukking kwam in politieke besluitvorming, wapenopbouw en propaganda. De Amerikaanse president Harry Truman steunde West-Europa via de containmentpolitiek – geformuleerd in de Trumandoctrine (maart 1947) – waarbij de Verenigde Staten militaire steun boden aan Europese landen die door het communisme bedreigd werden. Hierop volgde in juni 1947 het Marshallplan, die kwetsbare Europese economieën moest versterken om te voorkomen dat ze verzwakten en daarna communistisch werden. Het Marshallplan werd op 16 april 1948 deels geïnstitutionaliseerd via de Organisatie voor Economische Samenwerking en Ontwikkeling (OESO), die ondersteunde bij de uitvoering van de economische (weder)opbouw van Europa.

In deze fase deden zich de eerste echte beproevingen in de Koude oorlog voor. Eerst vond in Tsjecho-Slowakije een communistische staatsgreep plaats (februari 1948), gevolgd door de Blokkade van Berlijn (1948-1949) door de Russen. Ook kwam op 4 april 1949 de NAVO tot stand, waarin de Verenigde Staten en het Westen afspraken elkaar militair te steunen bij een aanval op een van de lidstaten. Zes weken later, op 23 mei 1949, richtten de westerse geallieerden de Bondsrepubliek Duitsland (BRD) op. Later dat jaar, op 7 oktober 1949, reageerden de Russen hierop met de stichting van de Duitse Democratische Republiek (DDR).

2. Tweede fase (1949-1953) – Uitbreiding naar Azië

In de tweede fase, die begon met de oprichting van de communistische Volksrepubliek China onder Mao Zedong op 1 oktober 1949, breidde de Koude Oorlog zich uit naar Azië. De angst groeide, ook omdat de Sovjet-Unie een maand ervoor een kernproef had uitgevoerd. De Amerikanen gingen als een raket aan de slag met een nieuw, zeer explosief wapen: de waterstofbom, die in 1952 getest werd, waarop de Russen in datzelfde jaar reageerden door hun eigen waterstofbom te testen. Toen in juni 1950 het communistische Noord-Korea het door Amerika gesteunde Zuid-Korea binnenviel, dachten velen dat er wereldwijd een communistische aanvalsplan ten uitvoer werd gebracht.

In de Verenigde Staten brak de tijd van het McCarthyisme aan, waarbij de senator Joseph McCarthy (1908-1957) in de jaren 1950-1953 in de Verenigde Staten een heksenjacht ontketende tegen vermeende communisten in de politiek en op hoge posten in de maatschappij. Dit leidde onder meer tot de veelbesproken executie van Julius en Ethel Rosenberg op 19 juni 1953 in New York, via de elektrische stoel.

Op 27 juli 1953 eindigde de Koreaanse Oorlog met een wapenstilstand. Officieel duurt de Koreaanse Oorlog nog altijd voort. De twee landen zijn nog steeds met elkaar in oorlog en hebben officieel nooit vrede gesloten. Winnaars kende de Koreaanse Oorlog niet, wel veel slachtoffers. Hoeveel burgers en militairen door de oorlog precies omkwamen is onbekend. De Verenigde Staten stelden tijdens de Koreaanse Oorlog ruim 30.000 man te hebben verloren. China hield het aantal doden uit het eigen leger op 145.000 militairen.

3. Derde Fase (1953-1957) – Destalinisatie en Warschaupact

Op 5 maart 1953, enkele maanden voor de Koreaanse wapenstilstand, was de Russische leider Jozef Stalin (1878-1953) overleden. Hij werd opgevolgd door Nikita Chroesjtsjov (1894-1971), die vanaf het voorjaar van 1956 een beleid inzette van destalinisatie en vreedzame co-existentie. Hij kondigde dit aan in een geheime rede op het 20e Communistische Partijcongres op 25 februari 1956. In deze ‘destalinisatie-rede’ stelde Chroesjtsjov dat zijn voorganger Stalin misdaden had gepleegd, afgeweken was van de communistische lijn die Karl Marx (samen met Friedrich Engels in het Communistisch Manifest uit 1848) en Vladimir Lenin (als Russische leider van 1922 tot 1924) hadden uitgezet en bekritiseerde Chroesjtsjov ook de Stalincultus.

In de derde fase van de Koude Oorlog werd het ondanks Chroesjtsjovs gematigde opstelling nog een aantal keren spannend. Zo voegde de BRD zich op 9 mei 1955 bij de NAVO, waarop de Sovjet-Unie reageerde door slechts enkele dagen later, op 14 mei 1955, het Warschaupact op te richten. Dit was een militair samenwerkingsverband waarbij alle Oost-Europese communistische staten – behalve Joegoslavië dat onder Josip Broz alias Josip Tito (1892-1980) een eigen koers voer – zich aansloten. Albanië verliet het bondgenootschap formeel in 1968 – al in 1982 nam het land afstand – en zocht toenadering tot communistisch China.

Operatie tijdens de Vietnamoorlog
Operatie tijdens de Vietnamoorlog

In datzelfde jaar 1955, op 1 november, brak de Vietnamoorlog (1955-1975) uit, waarover in de volgende paragraaf meer is te lezen. In 1956 volgden twee andere conflicten: de Hongaarse Opstand (23 oktober-10 november 1956) – die neergeslagen werd door de Russen, met 2500 à 3000 doden tot gevolg – en de Suezcrisis in Egypte van 31 oktober tot 5 november 1956. De Suezcrisis begon nadat de Egyptische president Gamal Abdel Nasser (1918-1970) het Suezkanaal had afgesloten. Groot-Brittannië en Frankrijk grepen militair in, maar werden door de Amerikaanse president Dwight D. Eisenhower (1890-1969) en de Russische leider Nikita Chroesjtsjov gedwongen een wapenstilstand te tekenen. Deze gebeurtenis wordt door sommige historici wel beschouwd als het definitieve eind van Frankrijk en Groot-Brittannië als wereldmachten.

4. Vierde fase (1957-1962) – Vietnam, Berlijnse Muur & Cubacrisis

De jaren van 1957 tot 1962 staan bekend als een behoorlijk hete fase uit het ideologische conflict tussen West en Oost. Deze fase begint met de inzet van Amerikaanse grondtroepen in Vietnam, vanaf 1957. Maar de oorlog was formeel al eerder uitgebroken. Op 26 oktober 1955 was met Amerikaanse steun Zuid-Vietnam gesticht als tegenhanger van het communistische Noord-Vietnam, waarbij de Amerikanen steun verleenden aan de Zuid-Vietnamese president Ngô Đình Diệm (1901-1963). Op 1 november 1955 namen de Amerikanen officieel het gezag van Vietnam over van Frankrijk, door de oprichting van een eigen Military Assistance Advisory Group (MAAG) in Vietnam. Deze datum wordt vaak beschouwd als het beginpunt van de Vietnamoorlog.

De Amerikanen zetten voet op de maan
De Amerikanen zetten voet op de maan

De space race, de strijd om als eerste een mens de ruimte in te krijgen, begon in deze periode ook behoorlijk los te komen. Op 4 oktober 1957 lanceerden de Russen hun Spoetnik, een gebeurtenis die het begin van de ruimtevaart markeert. Een maand later, op 3 november, stuurden de Russen voor het eerst een levend wezen de ruimte in, het hondje Laika, dat tijdens de reis stikte. Op 12 april 1961 hadden de Russen opnieuw een primeur, toen Yuri Gagarin (1934-1968) als eerste mens een ruimtereis maakte. De eer van het plaatsen van de eerste mens op de maan ging echter naar de Amerikaanse astronaut Neil Armstrong (1930-2012), die op 20 juli 1969 op de maan landde.

In Europa werd in Berlijn, op 13 augustus 1961, voor velen volkomen onverwacht een 45 kilometer lange muur geplaatst om een leegloop van DDR’ers via Berlijn naar het Westen te voorkomen. Ongeveer 2.7 miljoen Oost-Duitsers waren in de jaren 1949-1961 namelijk de DDR ontvlucht, en meestal waren deze emigranten slimmer dan gemiddeld. Om deze leegloop te keren, stampten de communisten de zwaarbewaakte Berlijnse Muur uit de grond.

Op 30 oktober 1961 lieten de Russen opnieuw van zich horen, heel letterlijk welteverstaan. Op die dag brachten zij de grootste bom die de wereld tot dat moment gekend had, de befaamde Tsar Bomba, bij Nova Zembla tot ontploffing.

Het spannendste moment uit de hele Koude Oorlog was de Cubacrisis in oktober 1962. Enkele jaren eerder, in 1959, had de communistische revolutionair Fidel Castro (1926-2016) in Cuba de macht gegrepen. Voor de Verenigde Staten, Cuba lag hemelsbreed dicht bij Florida, betekende dit een regelrechte bedreiging. In april 1961, enkele maanden na het aantreden van de Amerikaanse president John F. Kennedy (1917-1963), bracht de CIA een lang voorbereid plan ten uitvoer om met Cubaanse ballingen een inval in de Varkensbaai in Cuba te doen en Castro omver te werpen.

De Varkensbaai-invasie mislukte en dreef Cuba verder richting het communisme. Dat bleek wel in oktober 1962 tijdens de Cubacrisis. De Sovjet-Unie had kernraketten op Cuba laten plaatsen die een rechtstreekse bedreiging vormden voor Amerika. Op zaterdag 27 oktober 1962 brak bijna een kernoorlog uit, toen Russische schepen richting Cuba voeren met kernwapens aan boord. Een dag later maakte Radio Moskou bekend dat de schepen zouden terugkeren, waardoor een militair ingrijpen uitbleef.

5. Vijfde fase (1962-1979) – Kennedy, Vietnam & Détente

De jaren 1960 en 1970 lieten over het geheel genomen een toenemende ontspanning zien in de Koude Oorlog. In de jaren 1960 trok de Amerikaanse president John F. Kennedy, die regeerde van 1961-1963, meermalen de aandacht met optredens waarin hij aan de Koude Oorlog refereerde. Met name belangrijk was Kennedy’s speech ‘Ich bin ein Berliner’, die hij op 26 juni 1963 in Berlijn hield, enkele maanden voordat hij vermoord werd. Kennedy sprak voor 150.000 mensen onder meer de volgende beroemd geworden woorden:

(…) And therefore, as a free man, I take pride in the words ‘Ich bin ein Berliner!’

In de jaren 1960 kwam in de Verenigde Staten, onder meer bij monde van de predikant Martin Luther King (1929-1968) en versterkt door gruwelijke oorlogsbeelden op televisie, een protestbeweging tegen de Vietnamoorlog op gang. Dit gebeurde vooral nadat de Amerikaanse president Lyndon B. Johnson, in augustus 1964, de Tonkin-resolutie uitvaardigde die de Amerikanen de mogelijkheid bood om zonder formele oorlogverklaring in Zuid-Oost Azië aanvallen te mogen uitvoeren of te bombarderen.

Het jaar 1968 wordt vooral herinnerd vanwege de Praagse Lente in Tsjechoslowakije van januari tot augustus dat jaar. In deze periode zette de president Alexander Dubček (1921-1992) in het communistische Tsjechoslowakije een gematigder koers uit. Op 27 juni 1968 verscheen het Manifest van 2000 Woorden, waarin Tsjechoslowaakse intellectuelen en studenten openlijk scherpe kritiek op het communisme uitten. De Praagse Lente kwam op 20 augustus 1968 abrupt tot een eind toen Russische, Poolse, Hongaarse en Bulgaarse troepen het land binnentrokken en ‘orde op zaken stelden’. Op 17 april 1969 liet de Sovjet-Unie Dubček vervangen door Gustáv Husák (1913-1991). In het najaar van 1969 organiseerde Husák een zuivering van de communistische partij, om zo het verzet de kop in te drukken. Protest van Praagse inwoners tegen de tanks van het Warschau-pact. Protest van Praagse inwoners tegen de tanks van het Warschau-pact.

De jaren erna, van 1969-1979, staan bekend als de Détente. Dit was een periode van relatieve ontspanning en rust tijdens de Koude Oorlog. Het meest typerend voor de ontspanning in deze fase waren de Strategic Arms Limitation Talks (SALT). SALT I vond plaats van 1969-1972 in Helsinki en Wenen, SALT II tussen 1972 en 1979. Op 18 juni 1979 tekenden Leonid Brezjnev (1906-1982) en Jimmy Carter (1924-) afspraken om het aantal lanceerinstallaties te reduceren.

Toen de Sovjet-Unie op 24 december 1979 echter Afghanistan binnenviel, was het gedaan met de ontspanning tussen Oost en West. De Amerikaanse Senaat besloot het verdrag niet te ratificeren. Toch hielden zowel de Verenigde Staten als de Sovjet-Unie zich daarna aan de op papier gezette SALT-afspraken. De gesprekken gingen na het einde van de Koude Oorlog verder en resulteerden in de START I (1991) en START II (1993)-akkoorden, de Strategic Arms Reduction Treaties. Hierin werd afgesproken het bestaande kernwapenarsenaal terug te dringen. Ook het recentere Kernstopverdrag uit 1996 geldt als langetermijnresultaat van de SALT-besprekingen uit de jaren 1970.

6. Eindfase (1979-1991) – Neergang en ondergang communisme

Eind jaren 1970 werd duidelijk dat de Sovjet-Unie economisch vastgelopen was. De levensstandaard was laag en de producten van lage kwaliteit.

Met het aantreden van Ronald Reagan (1911-2004) in 1981 kwam er tijdelijk een nieuwe verhoogde spanning tussen de twee blokken. De Sovjet-Unie was bezig met de realisatie nieuwe SS 20-raketten. Hierop besloten de Verenigde Staten om kruisraketten in Europa – er waren ook plannen voor Woensdrecht in Nederland – te installeren. In Nederland leidde dit tot massale demonstraties van de vredesbeweging en burgers.

Het aantreden van de hervormingsgezinde Russische president Michael Gorbatsjov in 1985 betekende een finale ommekeer in de Koude Oorlog. Gorbatsjov voerde glasnost (openheid) in en zorgde voor perestrojka (economische hervormingen). Hij maakte ook een einde aan de wapenwedloop en sloot vanaf 1987 verdragen met Reagan om de kernwapenwedloop te beëindigen. Toen op 9 november 1989 de Berlijnse Muur viel, stortte het communisme in Oost-Europa daarna als een kaartenhuis in elkaar. In Polen werd de leider van de kritische vakbond Solidariteit, Lech Walesa (1943-), in de eerste vrije verkiezingen tot president gekozen. In Roemenië moest Nicolae Ceausescu (1918-1989) in december 1989 het veld ruimen, en zo vielen in heel Europa de communistische regimes. De Sovjet-Unie hield in december 1991 officieel op te bestaan en ging – diverse gebieden werden onafhankelijk, zoals de Oekraïne – verder als de Gemenebest van Onafhankelijke Staten (GOS), met Boris Jeltsin (1931-2007) als president.

Een gebeurtenis van formaat was, in de nadagen van de Koude Oorlog, de hereniging van Oost- en West-Duitsland, op 3 oktober 1990.

Gevolgen van de Koude Oorlog

De historici Leffler en Painter vatten in hun boek Origins of the Cold War (2005) de gevolgen van de Koude Oorlog voor de wereld in een kernachtig citaat samen:

“Hoewel de Koude Oorlog uiteraard niet de oorzaak was van alle ellende in de wereld, was haar invloed verreikend en langdurig. De Koude Oorlog had geleid tot een onverzadigbare vraag naar natuurlijke hulpbronnen, vergrootte de ideologische en politieke onverdraagzaamheid en legde de nadruk op externe gevaren waardoor de binnenlandse politiek verwaarloosd werd. Voorts had de Koude Oorlog een negatief effect op talloze economieën en samenlevingen, wereldwijd. Verkeerd gestelde prioriteiten leidden hierbij tot armoede. De Koude Oorlog heeft ook het milieu aangetast en geleid tot complexe religieuze, raciale en etnische conflicten. Last-but-not-least leidde de Koude Oorlog tot een snelle mondiale verspreiding van (nucleaire) wapens.” (337, vertaald)

Door het wegvallen van de Sovjet-Unie als supermacht, kregen de Verenigde Staten een nieuwe positie als de enige echte grootmacht ter wereld in politiek-militair opzicht.

Enkele gevolgen van de Koude Oorlog die ook wel genoemd worden in de literatuur, zijn de economische opkomst van China sinds het einde van de Koude Oorlog en de toenam van het terrorisme sinds de jaren 1990. Het leggen van een directe causale relatie tussen het einde van de Koude Oorlog en de twee laatstgenoemde ontwikkelingen, is echter te simplistisch, zo stelde Fred van Staden, emeritus hoogleraar Internationale Betrekkingen aan de Universiteit Leiden, in 2014 in een artikel in de Internationale Spectator (ik citeer vrij):

“De oorsprong van de langdurige periode van onvoorstelbare economische groei die China heeft doorgemaakt, gaat veder terug dan tot het moment waarop het doek van de Koude Oorlog definitief was gevallen. Per slot van rekening lanceerde Deng Xiaoping al in 1978 zijn radicaal hervormingsprogramma, dat de grondslag legde van de spectaculaire economische successen van China. (…) Het vraagstuk van het terrorisme is evenmin nieuw. Ook vóór 1989-1991 waren in vele landen al organisaties actief die willekeurig onder burgers afschuwelijke aanslagen pleegden.” (p.1)



Bron digitalisering en Wiki opmaak: Terry van Erp